blog | werkgroep caraïbische letteren

Carlos Drummond de Andrade – Het kontje, ach hoe aardig

Het kontje, ach hoe aardig.
Lacht altijd, nooit tragisch
Kan niet schelen wat
van voren zit. Het kontje is zichzelf genoeg.
Is er nog meer? Misschien de borsten.
Nou-moppert het kontje-die jongens
hebben nog heel wat voor de boeg

Het kontje is twee tweelingmanen
in een bolrond wiegen. Loopt vanzelf
in zijn lieftallige cadans, zijn wonder
twee in een te zijn, volledig.

Het kontje, vermaakt zich
in zijn eentje. En bemint.
In bed beweegt het. Bergen
rijzen, dalen. Golven slaan
op grenzeloze kust.

Daar gaat het kontje, lachend. Blij.
met de streling er te zijn, te schommelen.
Harmonieuze sferen hoog boven de chaos.

Het kontje is het kontje,
een rondje.

[uit De liefde, natuurlijk! Vertaling August Willemsen]

 

 

 

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter