Brief uit Sint-Eustatius
Geachte voorzitter en leden van de Commissies KR en EZK,
door Jan Meijer
Met belangstelling heb ik kennisgenomen van de D-66 motie – die bijna Kamerbreed werd ondersteund – om het ecotoerisme in Caribisch Nederland te stimuleren. Ten aanzien van Sint Eustatius wil ik u hierbij voeden met een gedachte. De mate van bruikbaarheid laat ik graag bij u of bij de regering.
Hoewel mooi en bijzonder is het strand (met zwart vulkaanzand) noch de vulkaan (met wandeltechnisch een prachtig toegankelijke krater) te zien als een unique selling point. Het feit dat Sint Eustatius het eerste ‘buitenland’ was dat de Verenigde Staten erkende in zijn huidige hoedanigheid op 16 november 1776, is dat natuurlijk wel! Bedenk voorts dat de recent gevonden begraafplaats uit het slaventijdperk op Sint Eustatius, een van de grootste is in de Caribische regio. Kortom, “geschiedenis” als centraal thema bij het te ontwikkelen plan, lijkt een goede zaak.
Dus, zo luidt mijn pleidooi, maak de geschiedenis tot de leidraad van het te ontwikkelen (eco)toerisme op het eiland. De markt is immens: zo goed als geen Amerikaan heeft kennis van dit aspect in de ontstaansgeschiedenis van zijn land (overigens: ik denk dat ook maar weinig (Europese) Nederlanders dit stukje geschiedenis kennen). Het exploiteren van deze schier oneindige markt (zeker in relatie met de “capaciteit” van het eiland) lijkt me zowel mogelijk als de moeite waard.
Lees de brief hier in pdf / both in Dutch and English
RSS
Facebook
Twitter
