blog | werkgroep caraïbische letteren

Boeli (3)

door Trudi Martinus-Guda

Hierbij steun ik graag het initiatief van de heer Van Buiren en anderen om te komen tot een Letterkundig museum op Curaçao, waar de literaire nalatenschap van Boeli van Leeuwen geheel of gedeeltelijk kan worden ondergebracht. Uiteraard als zijn erfgenamen het hiermee eens zijn. Ik hoop wel dat de oprichting van een dergelijk museum een eind zal maken aan de bestaande literaire ‘apartheid’. Ik bedoel hiermee het onderscheid in bejegening tussen schrijvers wier werk een vermeend pro-Nederlands (Europees) karakter zou hebben en die men beschouwt als representanten van de Nederlandse groep c.q. Nederland op Curaçao, en diegenen wier werk een vermeend anti-Nederlands (Europees, what about Curaçaos?) uitgangspunt zou hebben, die beschouwd worden als representanten van een eigenzinnige niet-Nederlandse bevolking, en om die reden met negatieve reserve tegemoet worden getreden. Hiertoe behoren overigens ook niet-Nederlandse schrijvers wier werk wel binnen het gewenste perspectief valt, of wier werk bruikbaar is voor de Nederlandse politiek van het moment, hetgeen de bejegening toch positief kan beïnvloeden.

Met name Aart Broek die kennelijk bezig is, geheel volgens bovengenoemde gedachtelijn, de onverdeelde literaire nalatenschap van Van Leeuwen in het Nederlands Letterkundig Museum onder te brengen, houdt zich al jaren bezig met Nederlands-nationalistische verdeel-en-heers activiteiten binnen het Curaçaose literaire domein. Al dan niet aangestuurd/gesubsidieerd door politiek Den Haag.Ik hoop daarom van harte dat het initiatief om te komen tot een Curaçaos Letterkundig museum zal slagen. We hebben immers al musea voor postzegels en munten! Wat de schrijvers zelf betreft is een dergelijke onderneming, denk ik, zeker oké. Als echtgenote van Frank Martinus Arion moet ik helaas melden dat het kopje koffie waar Boeli van Leeuwen Frank voor uitnodigde, niet is doorgegaan vanwege Boeli’s overlijden. Ik herinner me verder dat, nadat hij zich weer op Curaçao vestigde (begin jaren tachtig) Frank, om de Curaçaose schrijvers bij elkaar te brengen, een barbecue organiseerde bij ‘kluizenaar’ Tip Marugg thuis op Pannekoek. Deze ontmoeting werd het begin van regelmatig contact, voorheen niet bestaand, tussen Tip en Boeli van Leeuwen. Volgens mij zouden/zullen de schrijvers zelf het wel eens zijn met de oprichting van een neutraal, bonafide Letterkundig museum waar zowel werk van Boeli als van andere schrijvers, alsook informatie over hun literaire activiteiten, een permanent thuis zullen kunnen vinden. In het belang van Curaçao en van de literatuur.

[uit Amigoe, 27 november 2013]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter