Boekje van Irene Welles-Burke: neerbuigend tegenover Chinezen
door Marja Themen-Sliggers, Xavier en zijn moeder Marion, Shieralda
Mildred Vlaming vertelt: xiao Wen en xiao Li, mijn chineesjes van Irene Welles-Burke ziet er echt een beetje Chinees uit, met een grote rode lampion op een geel-groene achtergrond en de namen van de twee hoofdfiguren in Chinese lettertekens. In het voorwoord wordt uitgelegd dat het gaat om een echt gebeurd verhaal.
Hier wordt Vanessa Lieveld genoemd, die een van de tekeningen in het boekje heeft gemaakt. Zij kent China, studeert er zelfs. Mildred Vlaming, de naam die toch prominent op het omslag staat, komt pas daarna aan bod. Mildred is een gepensioneerde maatschappelijk werkster, die op pagina 9 vertelt dat ze eerst in Nederland, later in Suriname heeft gewerkt. Ze geeft ook aan waar ze werkte, een warrig verhaal, dat volgens mij niets met het boekje te maken heeft en er ook niets goeds voor doet. De kinderen die het verhaal over de twee Chinese jongetjes lazen, vonden het interessant, spannend en een beetje zielig. De ouders van de jongetjes zijn uit China gekomen om hun geluk te beproeven in Suriname. Volgens de auteur in het voorwoord met als uiteindelijk doel de overstap naar Amerika of Canada. Door gok- en drugsverslaving loopt alles mis en de twee zoontjes xiao Wen en xiao Li worden zodanig verwaarloosd dat Surinaamse buren de politie inschakelen. Zielig om op die manier bij je ouders vandaan te moeten. Ze komen terecht in het gezin van Mildred, die kennelijk vaker kinderen opving. Ze gaan mee in de gewone dagelijkse gang van zaken in een normaal zwart gezin.
In het verhaal wordt er gedaan alsof dat zo geweldig is, omdat ‘de mensen er tegenop zagen met twee Chineesjes gezien te worden, dat was toen de realiteit’ (p. 10). Ik vraag me af wanneer ‘toen’ was. Later in het verhaal komen meer opmerkingen die een beetje een neerbuigende, bijna discriminatoire indruk maken. De moeder van Xavier en ikzelf zetten daar vraagtekens bij. De kinderen merkten het niet op, alhoewel Shieralda wel aangaf dat de jongens direct Surinaamse namen kregen. Zij vond het leuk dat Nathalie door de jongetjes zo makkelijk als zus werd geaccepteerd. Dit zag ze niet in het licht van ras of kleur, maar zij heeft veel ervaring met zussen-broertjes kwesties, vandaar. Xavier en Shieralda hadden allebei veel aandacht voor de voetbalclub en de brassband waar xiao Wen en xiao Li naartoe gingen. Alle twee vonden dat heel goed, ‘goed voor de discipline’ noemde Xavier het.
Allemaal waren we ambivalent over het naar China gaan van de twee jongens. Het is natuurlijk aan de ene kant mooi dat de opa zoveel moeite heeft gedaan en zijn kleinkinderen niet in de steek laat. Aan de andere kant, die stap naar een onbekende nieuwe wereld zal niet makkelijk zijn geweest voor die kleine jongens. Net als Mildred in dit verhaal, ben ik een gepensioneerde maatschappelijk werkster. Vanuit die professie zet ik vraagtekens bij dit boekje. Het komt op mij over als een gebrekkige samenvatting uit een dossier van een oude casus. Ik vraag me af of maatschappelijk werkenden op deze manier met casussen om mogen gaan. Ten slotte vroegen we ons af hoe om te gaan met de aanbeveling op de achterkaft, dat het boekje geschikt is voor kinderen van de hoogste klassen van het glo en beginklassen voj. Misschien kon een gepensioneerde onderwijzeres als de auteur daarover iets meer zeggen.
Irene Welles-Burke: Mildred Vlaming vertelt: […] mijn chineesjes, ontwerp, lay-out en fotografie: Soekirman Moeljoredjo. Paramaribo: Suriprint, 2013. ISBN 978-99914-7-168-6