blog | werkgroep caraïbische letteren

Boek zoekt lezer

door Janny de Heer

Enige tijd na het verschijnen van Gentleman in Slavernij kwam ik Alfred van den Heuvel tegen in het theater. We kennen elkaar omdat hij familie is van Huib Wijnants, hoofdpersoon in Hey Buddy de andere voet is voor jezelf. Hij reageerde verrassend enthousiast op het succes van mijn derde boek. ‘Nu heb je het hele koloniale verleden van Nederland beschreven!’ Dat was lichtelijk overdreven maar heel grappig gevonden.

 

Heer Landskinderen van Curacao

Ik had het van te voren niet zo bedacht maar het is waar: Landskinderen van Curaçao speelt zich zoals de titel al aangeeft af op Curaçao. Zielsverwanten (musical) is een typisch Nederlands verhaal met multiculturele en maatschappelijke vooroordelen. Hey Buddy de andere voet is voor jezelf is in feite tachtig jaar vaderlandse geschiedenis verweven in een avontuurlijk romantisch mensenleven. Met grote aandacht voor de periode in Nederlands Oost- Indië 1939-1950. Huib werd als jonge jongen van nog geen twintig uitgezonden door de Koninklijke Marine en kwam als krijgsgevangene met zijn maten aan de Birmaspoorlijn terecht en later in de kolenmijnen van Japan.

Heer

Gentleman in slavernij verhaalt de geschiedenis van de slavernij in Suriname en met name de laatste vier decennia voordat de afschaffing van de slavernij tot stand kwam en een tiental jaren daarna. Het is een meeslepende geschiedenis over het dagelijks leven op de plantages en de complexe wijze van wetgeving en acceptatie voordat eindelijk in 1863 de emancipatie een feit was. Het is het verhaal van J.D. Horst die het allemaal meemaakte.
Op dit moment zijn al mijn boeken uitverkocht. Dat is tegelijk goed nieuws als ook slecht nieuws. Gelukkig staan er herdrukken op stapel. Uitgeverij In de Knipscheer brengt binnenkort Landskinderen van Curaçao weer op de markt. We hebben het nog niet goed doorgesproken maar voor mij mag de titel een beetje aangepast worden. Destijds had ik als titel : Yu di tera dit betekent in het Papiaments kind van het land. De uitgever vond dat destijds voor de Nederlandse markt een titel die niet gemakkelijk in het gehoor zou liggen en stelde voor dat het Landskinderen van Curaçao zou worden. Sommige lezers denken nu juist dat het om een kinderboek gaat en dat is verwarrend. Volgens een goede vriendin reageren Curaçaoënaars enthousiast op elkaar als ze elkaar op een niet verwachte plek tegenkomen, bijvoorbeeld in het buitenland. Ze begroeten elkaar dan met een hartelijk: ’Yu Corsou?’ Yu Corsou klinkt heel warm, voor mij mag dat het worden met als ondertitel: Landskinderen van Curaçao. We zullen zien.
De tweede druk van Gentleman in slavernij verschijnt half maart. De volgende uitvoering wordt iets eenvoudiger. De mooie flap gaat verdwijnen, de informatie die daar op staat komt in het boek te staan. Zo kunnen we een iets lagere verkoopprijs realiseren. Waar we wel mee bezig zijn is om een kaartje van de plantages die in het verhaal voorkomen af te drukken. Dat gebeurt op veler verzoek. In de positieve recensies over Gentleman werd het gemis van zo’n kaart een enkele keer als verbeterpunt opgemerkt. Het zal niet meevallen want de plantages waar het om gaat, lagen ver uit elkaar. Catharina Sophia ligt aan de Saramacca, Lust en Rust en la Rencontre aan de Surinamerivier en Welgelegen aan de Cottica. Ornamibo aan de Para. Het is zeer interessant om de route te volgen van plantage naar plantage over de rivier en te beseffen welke lange afstanden men in die tijd aflegde over het water op handkracht. Men maakte wel heel slim gebruik van de stroomkracht, stroomopwaarts of stroomafwaarts heette het als men de tijden van vertrek wilde bepalen.

Heer Hey buddy
Hey buddy de andere voet is voor jezelf is vanaf heden niet meer verkrijgbaar. De maritieme uitgever wil zich liever bij boten houden. Het is jammer dat Hey Buddy onvoldoende haar lezerspubliek heeft gevonden. Lovende reacties, in Den Helder veel aan elkaar uitgeleend maar daar bereik je geen hoge verkoopcijfers mee.
Het afgelopen jaar heb ik een nieuwe roman geschreven. Waren Landskinderen van Curaçao, Vrouw tegen Vrouw, de musical Zielsverwanten compleet verzonnen verhalen, sinds Hey Buddy de andere voet is voor jezelf zijn mijn verhalen vooral gebaseerd op non-fictie en verwerk ik historische gebeurtenissen in de levensloop van mijn hoofdfiguren. De Barones die in het najaar zal verschijnen begint op Dolle Dinsdag, de bevrijding lijkt in aantocht en dat is niet voor iedereen goed nieuws. De geallieerden staan als het ware op de stoep, geruchten doen de ronde dat de Tommy’s al in Breda staan. Duitsers en landgenoten met NSB sympathieën maken dat ze weg komen. Zo ook het gezin waarin Mien (1939) opgroeit. Op dat moment zijn er vijf kinderen waarvan zij de jongste is. Moeder is vijf maanden zwanger. Ze vluchtten vanuit Zwijndrecht via Westerbork naar Duitsland. Ellendige jaren van armoe breken aan wanneer beide ouders gevangen zitten en de grootouders de kinderen opvangen met behulp van familie. Kinderen van NSB’ers hebben het in de naoorlogse jaren niet gemakkelijk. Je ontwikkelt gemakkelijk een minderwaardigheidscomplex als ze ook op school liever hebben dat jij je mond dichthoudt. Je laat je gemakkelijk een liefdeloos huwelijk induwen omdat je het huis uit moet. Je voedt je kinderen zo vrij mogelijk op maar dat valt niet mee in een huis waar je zelf niet alleen uit mag aan.

 

heer Janny de heer

Janny de Heer

 
En om de cirkel helemaal rond te maken, een paar maanden geleden nam de stichting WIO ( Wonen Indische Ouderen) in Den Helder contact met mij op. Het bestuur had op tv de documentaire Buitenkampers gezien. In gesprekken naar aanleiding van deze reportage realiseerden bewoners zich hoe jammer het zou als de verhalen van mensen die de noodgedwongen overtocht naar Nederland vanuit Indië meegemaakt hebben zouden verdwijnen Wim Kan zei het al: ‘Er zijn niet zoveel mensen meer…’ Stichting WIO dacht hierbij vooral aan de zogenaamde tussengeneratie. Mensen die als kind uit Indië zijn weggegaan of pas geboren zijn toen hun Indische ouders al in Nederland woonden. Deze generatie die kinderen kreeg in Nederland, wist zelf al heel weinig van Indië, laat staan hun kinderen. Die voelden nog minder de band met de gordel van smaragd, het voormalig Nederlands Indië. Het idee werd geboren om deze ervaringen vast te houden voor het nageslacht. Bestuursleden van de stichting waardeerden mijn boek Hey Buddy en daarom dachten ze aan mij om die waargebeurde verhalen op te schrijven.
Natuurlijk was ik meteen voor het idee te vinden. Net zoals ik bij Hey Buddy heb gedaan, ga ik mensen interviewen en schrijf vervolgens het verhaal op. Deze verhalen willen we bundelen in een boek. In overleg met de uitgever past ook dit boek in het fonds van In de Knipscheer. De uitgeverij heeft vanaf begin jaren 80 de 2de generatie indo-auteurs op de kaart gezet dus dit idee om de levensverhalen van mensen met een Indische achtergrond op te schrijven valt in goede aarde bij de redactie. Hoewel de uitgever en zijn staf nog steeds primaire literatuur (romans, poëzie) prevaleren. Maar literaire non-fictie doen ze ook als het ondersteunend is aan de rest van het fonds – en dat zou hier het geval kunnen zijn.
Om over mijn manier van werken te vertellen en mezelf voor te stellen geef ik 16 maart een lezing in Tjempaka. Ook mensen van buiten Tjempaka zijn welkom.

Zie www.jannydeheer.nl

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter