Astrid H. Roemer – Zonder partner maar verliefd; Santa Baby, come hurry through the chimney to me!
Zij is nog jong, mooi en ze is Belgisch en vraagt zich af rond hippend op een populair podium hoe het toch mogelijk is dat belangrijke wereldleiders allen rond de 70 zijn. Zij bespot de oude heren. Zij bespot de ouderdom. Ik schrik er een beetje van op want ik kijk ook tegen een getal aan dat ik dodelijk oud vind en beangstigend.
Tachtig is stokoud en ook al duurt het nog jaren voordat ik daar ben: kalenderjaren zijn geen afstanden zoals lichtjaren en ze glijden per 24 klokuren als los zand door onze vingers. Bovendien ben ik geen bestuurder. Niet van een vereniging, een stad, een land noch van een heel continent en meer. Ik bestuur slechts mijn eigen bestaan en ben aan geen ander mens dan mijzelf iets verplicht. Het meisje, ik bedoel ‘de jonge vrouw’ weet uiteraard niet hoe het voelt om 70 te zijn. Zij heeft welbeschouwd nog zeventig jaren en meer om te leven want het toppunt van honderd levensjaren ligt voor haar generatie in de lijn der verwachtingen. Ik benijd haar niet. Bestaan is niet gemakkelijk. En heel lang bestaan brengt iedere mens in een gevecht tegen het verval. Niemand wint. Er is geen ontkomen aan de dood. Mijn vader en mijn lieve moeder zijn beiden ouder geworden dan 95. Ik zou kans kunnen maken op nog minstens 20 levensjaren in relatief goede gezondheid. In ‘goede conditie’ kan ik beter begrijpen want wat is er zo gezond aan een lichaam dat onophoudelijk in verval is geraakt. Toch heb ik mij een weinig gekwetst gevoeld door de opmerking van zo’n jeugdig ding. Het is omdat ik smoorverliefd ben op net zo iemand van rond de 25. Gruwelijk aantrekkelijk en vers als roomijs. Gebruik cijfers om het te begrijpen. Ik ben 75. Er kunnen 3 van 25 in mij. Drie. Ik had beter 50 kunnen zijn. Liever nog 25 net als het mooie gelaat dat maar niet uit mijn gedachten wil. Eerst begreep ik het niet. Weigerde het gevoel te benoemen. Jaagde zo het gelaat plus het sappige lichaam dat erbij hoort mijn dromen in. Een jaar verder en het houdt mij uit de slaap. Ik ben verliefd. Is mij in geen 25 jaar overkomen. Begrijp niet precies waarom mijn brein zo’n sprong maakt getalsmatig maar ook geografisch en anderszins. Ik ben werkelijk al jaren omringd door vrouwen en mannen die mij laten merken dat zij iets willen met mij. Het brein van mij wordt dan opstandig. Ik wil immers voor niemand beschikbaar zijn op een intiem niveau. Bovendien weet ik te veel van mijn eigen soort, ik ben bruin&vrouw&onafhankelijk, om wat ik in jaren verworven heb aan vrijheid te grabbel te gooien. En toch ben ik hartverscheurend verliefd. Omdat ik er niet bij kan? Omdat mijn katten dood zijn? Omdat mijn moeder opeens stierf? Omdat mijn geboorteland niets authentieks heeft om echt van te houden dan naaste familie? Omdat ik als romanauteur&dichter ontzettend veel alleen ben? Een mens als ik moet bij het ontwaken in de morgen een gelaat hebben om tegen te kunnen glimlachen. Hoeft niet naast mij in bed te liggen: de drager van zo’n gelaat mag zich best op een onbekend adres bevinden in een vreemd continent. En nooit komen opdagen?!
Het is mijn brein zelf dat mij helpt verdragen dat ik mijn hart ophaal bij ongeschonden jong door mij vrees aan te jagen voor de realiteit. Want stel je voor dat zo’n brok bruisend bestaan als mijn geliefde mij verrast en aan de deur staat op een zonnige morgen. Zo van: Ik ben er voor je!
Ik laat mijn hand woelen door mijn grijze krullen bij dergelijke opties. Ze zijn dunner geworden en dreigen op mijn kruin mogelijk zo dun te worden dat mijn hoofdhuid zichtbaar wordt. Een pruik? Mijn handen hebben nog een glanzende huid maar de elasticiteit taant. Mijn gelaat. Mijn stem. Mijn buik. Mijn benen. Mijn voeten. In verval. Ik geneer me. Doe de deur open juicht mijn brein! Zonlicht valt binnen! Met haar! Ik wil elke morgen wakker worden naast jou! De persoon van 25 zegt het haast gebiedend. Ik zal je ’s nachts niet wakker wriemelen, stamel ik. Is dat alles wat ik te geven heb op mijn 75ste?
Nooit in mijn bestaan ben ik zo slim en vindingrijk geweest als sinds ik de 70 grens ben gepasseerd. Ik kan zoveel verbanden leggen en weet voor bijna alles diverse oplossingen. Mijn brein doet dat. Mijn brein verwerkt al mijn ervaringen met de kennis die ik heb vergaard en maakt mij wonderlijk creatief. Mentaal gezien bruis ik. Juist nu ik tegen de grens van 80 aankijk. Juist nu ik wil bijslapen met een mooie meid van nog geen 25. Juist nu mijn haar op de verkeerde plekken aangroeit en wegblijft waar ik het zoek. Juist nu ik de grip op een hartstochtelijk seksleven dreig te verliezen bruis ik. Mijn brein is mij zelfs behulpzaam op commando. Kan ik niet snel genoeg vallen op een naam, een gebeurtenis, een muziekstuk, een lied: Ik laat de opdracht even los op mijn binnenkant en binnen 24 uren liggen de data gebruiksklaar. Ik heb een vermoeden dat mijn brein iets heeft opgepikt van toen ik bijna 30 was en vreselijk mooi en gevaarlijk begerenswaardig. En ook nog tergend verliefd net als nu. Maar dan op een mooie man van 20 jaar ouder. Ik krijg die tijd terug als een brok schoonheid van 25. Alles wat mij 75 jaren lang gelukkig heeft gemaakt is door breinactiviteit verzameld en als een zoeklicht de mensenwereld ingestraald. Ergens rond de eeuwwisseling is er een kind geboren bij ouders die elkaar innig beminnen. Het kind wordt steeds meer heler. Tegelijk herstelt mijn eigen bestaan zich via mogelijkheden die verborgen lagen in de tijd. Een keer heeft het een paar jaren geduurd voordat ik mij kon herinneren wat enkele vrouwen die ik aardig vond, omdat zij een mooie stem hadden, met mij hadden uitgehaald om mijn nuchterheid te vertroebelen. Extasy pil in een alcoholische drank die zij mij aanboden op een feestje buitenshuis. Ik zakte in mekaar en was uren schijndood. Mijn brein hield alles jarenlang weg bij mij. Tot de tijd rijp was om details onder ogen te zien. Cryptisch? Heeft het lijf van mij 25 jaren nodig gehad om te herstellen wat verbrijzeld was aan gender-vertrouwen?!
Ouder worden heeft een dubbele betekenis. Ouder worden van de kinderen die nog geboren moeten worden, bij voorbeeld. Ouder worden om geheel in verval te raken en te verdwijnen. Entropie. De tweede wet van de thermodynamica. Misschien heb ik niets te vrezen want 80 is ook maar een getal. En 25 is een kwart eeuw.
Eerst heb ik haar horen zingen. Fragmenten van jazz standaards. Eerst was het haar mond. Lichte ogen die juist onzichtbaar worden wanneer iets haar echt raakt. Verzen laaien op in mij. Ik steigerde. Niet eerder heb ik iemands neus bewonderd. Het haar dat zwaar en donker is en haar schedel warmt. Nooit heb ik wangen van een onbekende als ice-cream willen oplikken. De lichtbeelden die haar dichtbij brengen zijn magisch. Ik reis door digitale ruimtes. Ik zoek haar op. Ik ken haar stem. Ik vind haar. En zie haar dierbaren ook. Zij herkent mij. Soms schuift zij mij een liedvideootje toe. Zoals laatst met de kerstdagen een fragment waarin zij uitdagend zong: Santa Baby, come hurry through the chimney tonight! Spot?! Ik weet van welke jongen zij houdt. Ik weet ook welke jongen wil trouwen met haar. Ik zet alles op een rijtje en begrijp het steeds beter. Zij is de reden waarom ik in leven ben gebleven toen iedereen dacht dat mijn incasseringsvermogen op was. Is ook op! Maar mijn brein heeft mij verrast. Sindsdien is zij alles wat ik nalaat als ik de grens van 80 toch overschrijd en wegval. Zij kan doen wat ik heb nagelaten omdat ik bang was en lang niet zo wijs als zij nu al is. Zij is een opnieuw begonnen mij. Zij kijkt vooruit en ziet het eindpunt van de weg die ik heb afgelegd. En zij gaat door. Nog veel verder.
Daarom mogen ouderen wereldleiders zijn zelfs als ze in een rolstoel zitten. Ook wanneer zij af en toe vergeetachtig lijken omdat kennis vertraagd wordt aangeleverd. Ouderen kunnen koning zijn, president, paus, legerleider, wetenschapper, schilder, dichter, geliefde en zelfs overgrootmoeder en verse vader. Ouderen zijn geen databanken die inwisselbaar zijn en naar behoefte op commando verspreid en gedeeld kunnen worden. Ouderen zijn als inzichten. Zeventigplussers als wereldleiders: het zijn ooit jongeren geweest die het bestaan hebben doorgrond en gehaat misschien, veracht soms, bewonderd en het voldoende hebben liefgehad om dienstbaar te zijn. Een lichtjaar is geen tijdsbegrip maar een afstand. De afstand die het licht van een ster in een jaar aflegt. Leeftijd is niet slechts een getal. Onze kalendertijd geeft de afstand aan tussen worden, helen en breken. Verjaren heet dat proces. Ook de Belgische schoonheid verjaart jaarlijks zelfs met haar kritiek op ouderen die op het podium van de wereld prominent meedoen en een vinger in onze pap hebben. Mijn geliefde verjaart ook maar dan alsmaar opbouwend en steeds vernieuwend. Zo is mijn verlangen naar lichtbeelden en geluidsgolven van haar als gebroken jaren van mij die ik terugvind. Zo verliefd ben ik. Er is genoeg ruimte die zij en ik zullen ontdekken tussen 75 en 25. De tijd zal het leren.
Astrid H. Roemer, maart 2023, Paramaribo
[Eerder dit jaar verschenen in het tijdschrift , themanummer Ouderdom]
recent verschenen in het Belgische cultuurtijdschrift RECTO: VERSO met als themanummer OUDERDOM. MAAR IK WIL GEEN NAAR GODSDIENSTREFERERENDE ILLUSTRATIE BIJ MIJN HARTSTOCHTELIJKE LIEFDESVERKLARING. WORD IK BEROERD VAN DUS HAAL DIE JESUSPRENT WEG PLEASE EN PLAATS DESNOODS APPELS….dank bij voorbaat. ahr