blog | werkgroep caraïbische letteren

Albert Helman & Albert Kuyle – Critische quatrijnen

door Michiel van Kempen

 

In het weekblad De Nieuwe Eeuw van 24 juni 1926 verscheen een vijftal ‘Critische quatrijnen’ van ‘Albert Helman-Kuyle’, spotverzen in quasi-oud-Nederlands die zonder enige twijfel geschreven zijn tijdens  een reis naar Noord-Afrika die de beide heren eind 1925, begin 1926 maakten. Ze zijn interessant, omdat ze exact aangeven hoe de katholieke jonge schrijvers hun plaats uitkiezen door zich af te zetten tegen anderen.

Albert Helman

De jonge Albert Helman

 

Met het eerste kwatrijn worden de traditionele katholieken op de korrel genomen, in de persoon van Vondelkenner Bernard Molkenboer die Vondel graag zag ingelijfd in de rk traditie als strijder voor de Kerk:

bernard molkenboer

Bernard Molkenboer

 

Herdenking

Al molck een boer een droghe koe
En deed daerbij noch waeter toe,
T’ en hielp bij ’t bieden op de marckt;
De borghers waeren veel te vroê.

Wat goedmoediger is ‘Marsman’ die als hoogdravend vitalist wordt voorgesteld:

 

Hendrik Marsman

Hendrik Marsman

 

Marsman

Penthesileia slaept, met Marsman voor heur tent.
Hoe gaept verbaest daerom heel Holland’s dichterbent.
Doch siet, mijn kapercapiteyn weet niet van wijcken,
Totdat die Muze hem haer nêerlaeg heeft bekend.

De Tachtigers werden in de persoon van Willem Kloos weggezet:

Willem Kloos

Willem Kloos

 

Kloos

t ’Is niet voor niets, dat in de jeugd reeds “taghtich”
Cet etiket was voor hun beeld van “prachtich”.
Seniliteit komt uyt de moederschoot.
Al leutert men nogh door, het beest is niet meer drachtigh.

Zowat het verachtelijkste wat de katholieken zich konden inbeelden was het goodeloze humanisme van Dirk Coster en Just Havelaar, de voormannen van het tijdschrift De stem:

Just Havelaar

Just Havelaar

 

De stem

Noch met sijn stem, noch met sijn bel lokt ons de koster.
Hij is wel loos van vondst, en dickwijls ook wel los ter
denck- en letterconstigh been, maar loopt hij ook met brij,
Hij vanght de sijsen niet. Waar is sijn paternoster?

En natuurlijk moesten de protestanten (Roel Houwink en anderen) met hun tijdschrift Opwaartse wegen het ontgelden:

Roel Houwink

Roel Houwink

 

Wendende weghen

Wie sich op sulcke weghen waeght
Waer const den seeversack behaecht,
Moet sich ten langhe leste wenden.
Omdat de Muze sich beklaegt.

 

[voorpublicatie uit Pionier en rebel; het leven van Albert Helman]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter