blog | werkgroep caraïbische letteren

Witte huid, zwarte maskers*)

Piet Emmer, emeritus hoogleraar in de geschiedenis van de Europese expansie aan de Universiteit van Leiden, heeft op de Opinie-pagina van de Volkskrant-online van vandaag een artikel gepubliceerd onder de titel “Suriname, koloniale mislukking nummer drie”, naar aanleiding van de verkiezing van Bouterse tot president. Een schandalig artikel! Na lezing voelde ik mij onwel, bevangen als ik was door een volslagen miezerig gevoel bij zoveel superioriteit en zoveel misvattingen als hier geëtaleerd door een ‘wetenschapper’ die een mensenleven lang de expansie van Europa heeft bestudeerd en daarvan zelf niets heeft geleerd. En daarbij gaat het mij niet om de verkiezing van Bouterse, die om het zacht te zeggen een zorgelijke ontwikkeling is, maar om de duiding die Emmer daaraan geeft. Het is de reactie van een ontgoochelde ouder die bij het deraillement van zijn kind theatraal uitroept: “Hoe kun je me dit aandoen, dat heb ik niet verdiend?!”

 

Emmer begint met de vraag of het erg is dat een veroordeelde crimineel is gekozen tot staatshoofd, waarop hij zegt: “Nee als we zouden aanvoeren dat er in de Caraïbische regio wel meer dubieuze personen staatshoofd zijn geworden”. Om zich dan te beroepen op zijn en andermans ‘verbondenheid’ met Suriname, stellende: “Maar Suriname is niet zo maar een land. Het is een oude kolonie van Nederland en daarom [accentuering van mij – RvdM] had het Surinaamse electoraat beter moeten weten. Bovendien telt ons land honderdduizenden ex-Surinamers, die zich nauw verbonden voelen met de ontwikkelingen in hun geboorteland. Hoe konden de Surinaamse kiezers de wijze lessen uit de koloniale periode over goed bestuur, het handhaven van de rechtsstaat en het tegengaan van corruptie zo in de wind slaan?”

Ik kan er niet over uit – en dat zal mij ook wel nooit lukken – hoe een bakra durft te spreken over “de wijze lessen uit de koloniale periode”. Emmer maakt het verderop alleen nog maar erger door mitigerend te spreken over Nederland’s “goed bestuur” in Nederlandsch-Indië: “De bevolking van onze Gordel van Smaragd was wel heel veel groter dan die van het moederland en daarom vergden goed bestuur, de volksgezondheid en het aanleggen van wegen en spoorwegen zoveel energie dat het invoeren van de democratie er een beetje bij inschoot.” Wat een drogredenen! Emmer wil nog steeds niet weten dat de Nederlandse koloniën wingewesten waren in de meest letterlijke zin van het woord. Elke investeringen in deze wingewesten had de verveelvoudiging ervan tot inzet en niet anders: elke geïnvesteerde gulden moest honderd gulden opleveren. Dat er daar toevallig ook nog mensen woonden was van volstrekt ondergeschikt belang.

(Barbertje moet hangen)

Onbegrijpelijk dat Emmer concludeert: “Weer heeft het Nederlands kolonialisme gefaald.” Deze kreet moet een ‘lapsus linguae’ van hem zijn, want hij vervolgt: “Dat had naast een rechtvaardig (Nederlands) koloniaal bestuur, een goedkope en efficiënte gezondheidszorg, stevige bruggen, begaanbare wegen, ferme dijken en een paar nette ambachtsscholen, het bijbrengen van democratisch besef moeten bevatten. Nu blijken grote delen van de bevolking van de Nederlandse ex-koloniën heel anders over goed en kwaad in de politiek te denken dan het voormalige moederland. Indonesië, de Antillen en Suriname: drie kansen, drie keer fout.”

Met andere woorden: “Kind je maakt me te schande, zó heb ik het je niet geleerd!” Voor mij mag van nu af aan alle wetenschappelijke ‘arbeid’ van Emmer ongelezen naar de prullenbak worden verwezen.

*) Mijn variant op “Black skin, white masks” van Frantz Fanon.

[Dit artikel is gelijktijdig gepubliceerd op http://www.surinamestemt.com/]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter