blog | werkgroep caraïbische letteren

Schrijven: beheerste of onbeheerste gekte

door Ruth San A Jong

Ik zit al een poos te broeden op dit onderwerp en dacht het moet er maar eens van komen. Een blog geeft immers alle ruimte om te schrijven wat je wilt. Ik wil een ervaring delen die ik had met een ex-student op de school, die een psychose kreeg nadat die de uitslag van de beoordeling op zijn eindtekst van de docenten had gehoord.

De term psychose neem ik vrijelijk in de mond omdat ik ervaringsdeskundig ben. Mijn moeder heeft sinds mijn geboorte geleefd met een psychose en na 35 jaar ruik en voel je van wel vijf kilometer afstand of iemand die neigingen heeft. Deze student had hele geniale verhaalideeën, vooral tijdens de lessen, maar van echte productie, het schrijven dus, kwam het niet of nauwelijks. Het is een type die altijd grappen maakte en voor een aardige sfeer in de klas zorgde, was joviaal, behulpzaam naar andere studenten toe en wat al meer. Het meest opmerkelijke was dat hij altijd teksten produceerde die beelden en gedachten van zelfdoding opriepen. Een heel boeiend thema. De dood is fascinerend en beangstigend tegelijk, niet? Dat het een obsessie werd, had ik gevoelsmatig geconstateerd, maar daar praat je niet over. Je moet als directeur altijd de nodige afstand betrachten en niet te persoonlijk worden met studenten.

Mijn zakelijke partner van een Schrijversvakschool in Nederland had me ooit verteld dat de opleiding in Nederland op sommige studenten zo een grote impact had in hun privéleven, dat ze zelfmoord hadden gepleegd. Toen ze mij dat vertelde begon ik te rillen. Ik had het opmerkelijke gedrag besproken. Something was wrong en in een evaluatie moment met de mentrix van dat basisjaar had ik die opmerking gemaakt. We hadden er verder niets mee gedaan. Schrijvers observeren, schrijfdocenten observeren nog meer! Het waren soms werkelijk gedetailleerde, geniale en levensechte fragmenten. Auteurs geven behalve dat wat ze in hun omgeving meemaken, ook hun zielenroerselen op papier. En uiteraard zijn er fascinaties, je bent met een thematiek in je hoofd bezig, je moet het vorm geven op papier, je ‘radar’ is op scherp en je gaat tot het uiterste. Creatief schrijven of kunst in zijn algemeenheid geeft die ruimte.

Dus toen de eindtekst binnenkwam van deze student, lazen wij de tien pagina’s en vroegen ons af waar de auteur naar toe wilde met de tekst. Het was een relaas over een man die op bezoek was bij een psychiater. De psychiater heette dokter Poenie (Poenie betekent vagina in het Surinaams) en het was moeilijk om aan te geven waar het verhaal precies over ging en waar het naar toe ging. In elk geval hebben vier redacteurs de tekst gelezen en hadden onafhankelijk van elkaar dezelfde bevindingen. Er zat geen lijn in het verhaal, het stikte van de taalfouten (wel 4 in elke zin!), de schrijftechnieken die waren aangeleerd waren niet toegepast. Naast de eindtekstbeoordeling waren de observaties van het hele jaar dat deze student teveel grappen maakte in de klas, geen of weinig huiswerk maakte, wel verhaalideeën had tijdens de lessen, maar aan de hand daarvan hadden we toch geen goede inschatting kunnen maken of 1 jaar schrijftraining wel effectief was geweest. In een van de beoordelingen stond: “Er is bij sommige kunstenaars beheerste en onbeheerste gekte, ik denk dat van de laatste sprake is.” Dit hebben wij uiteraard niet meegenomen in de eindbeoordeling, want anders was er vast wel een mes in een van ons gestoken.

Het eindoordeel was dat hij voorwaardelijk over zou gaan, maar dan wel de aanwijzingen zou moeten meenemen. Van iemand die een jaar lang schrijftraining heeft gekregen wordt wel verwacht dat die minder taalfouten maakt en de elementaire schrijftechnieken toepast! Er was nota bene een interventie geweest van een neerlandica die de nieuwe spelregels had gegeven. Heel bewust, omdat er te veel fouten gemaakt door medestudenten werden in de interpunctie en dergelijke. Hij zei niets, ging weg met een zuur gezicht.

De volgende dag ontving ik een dreigbrief en een brevet van ongeschiktheid. Hij schold de docenten uit die zijn werk hadden besproken, dat wij hem niet kenden en wat al meer. Alles waar hij positief over was geweest het hele jaar door werd met de grond gelijk gemaakt en hij zou naar de kranten stappen. Ik antwoordde beleefd dat hij dat vooral mocht doen. Met zijn tekst in ons bezit zouden we dus ook naar de krant kunnen. We voelden ons helemaal niet geïntimideerd.

En toen kwam een zelfmoordbrief. Hij had een medestudent telefonisch gestalkt tot in de kleine uren. Die was als de dood geweest. Ik heb haar gewaarschuwd, mensen met een psychose concentreren zich maar op een ding en dat is zichzelf. “Als je de psychose voedt zal jij straks ermee opgescheept zitten.” Gelukkig luisterde ze naar me. Goed, ik schreef een formele brief dat hij zijn verweer kon doen en hij in een persoonlijk gesprek zijn klachten kon spuien. Bij die afspraak gaven wij hem de ruimte om alles te zeggen wat hij maar wilde. Mijn bestuur had ‘afschrijven ‘geadviseerd, we zijn niet in staat deze man tot schrijver te vormen. Dat hij maar op zijn eigen houtje verder moest gaan. Niet iedereen moet naar een schrijfopleiding om auteur te worden.

Een jaar later las ik op een literaire site dat hij had meegedaan aan een literaire prijs bij een uitgeverij en in de selectie was gevallen. Raad eens wat het thema was: “Schrijf een verhaal over je laatste einde”.

Wat ik wil illustreren met dit echt gebeurd relaas is dat kunst en schrijven heel diep gaan. De Schrijversvakschool is geen psychiatrische instelling maar een schrijversopleiding waar talent gevormd wordt. We hopen dan oprecht dat deze auteur zijn weg vindt en goed nagaat of schrijven wel echt iets is voor hem. Er zijn voorbeelden te over van Surinaamse auteurs die in psychosen geraakt zijn. En eigenlijk mag, moet je ook een beetje gek zijn om kunst te beoefenen, maar dan wel beheerst!!

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter