Hij kan er niets aan doen
door Tommy Wieringa
In 1957 beschreef Marga Minco in het autobiografische verhaal Het adres hoe een verweesde Joodse dochter na de oorlog vergeefs probeert de bezittingen van haar vermoorde ouders terug te krijgen.
De familie die de spullen in bewaring nam is echter niet van zins ze terug te geven. „Ben je teruggekomen? Ik dacht dat er niemand teruggekomen was”, zegt de vrouw des huizes in de deuropening. „Alleen ik”, zegt de dochter – een wereld aan gruwelijkheden in een dialoogje van drie zinnen.
Het verhaal werd onlangs opnieuw afgedrukt in een uitgave ter gelegenheid van de toekenning van de P.C. Hooft-prijs aan Minco. Tussen het juryrapport en Het adres is een pagina ingeruimd voor een reactie van de bestuursvoorzitter van de P.C. Hooft-stichting, hoogleraar Nederlandse letterkunde Gillis Dorleijn. Hij schrijft: […]
[…]
Zowel schuld als onschuld verliezen hun betekenis wanneer het nageslacht schuld moet dragen voor de zonden van de voorouders.
Lees de column in NRC, 22 juni 2019.
Voor bijdragen op Caraibisch Uitzicht over ‘herstelbetaling’ inzake het slavernijverleden, klik hier.