Bernardo Ashetu, 1929 4 maart 2019
Monnik
Op mijn verjaardag
werd ik monnik.
Rose was mijn pij van
eenmaal vergankelijkheid.
Efemeer verwekte ik zware
slagregens met m’n nek aan een
nek verblind in mijn waardigheid.
[uit Ashetu’s ongepubliceerde bundel Falélis]
Heel goed Ashetu te leren kennen. Dankzij een op komst zijnde culturele dag in Weesp waar ik hopelijk een bijdrage zal doen in het programma team van Henry Muldrow rond zijn persoon, Doelwijt en Mechtelly op 7 september aanstaande.
Fijn dat deze publicatie ook bestaat en kansen biedt deze kennismaking iets verder te verdiepen.
Ik kende slechts Jacqueline van Ommeren die in een ander werkveld van DSG, De Surinaamse Gemeenschap, ook al bijzonder operatief was. Fijn om meer dieptes van dit zo kort geleefde leven te kunnen doorgronden. Ik krijg lucht van een onmiskenbaar zware melancholiek die door de confronterende woordkeus bijna weer licht wordt. Kort maar krachtig, bijna als Bill Withers in zijn jaz, zeer verhalend. Schitterend …. deze foto van de niet-waterspuwer erbij…heeft wat beters te doen!
Bernardo Ashetu
Raadselen
Het was wel zo
dat je mij bij de
Weesper-harmonie in
raadselen nog kon verdragen.
De wet viel in
een tienvoudige symfonie
als bladeren van ‘t stadje af.
Lachend al een beek
stond je buiten.
Kabbelend in je hart en
vervuld van een edele zon.
[Uit de ongepubliceerde bundel ‘Pocmak’]