blog | werkgroep caraïbische letteren

Charles Corsen – Maanziek

Ik heb een spaarpot
waar bij avond
de maan in gaat,
met open mond. –
En later loop
ik op straat te dansen:
ik geloof (en hoop)
dat niemand weet
van wie ik de blik krijg.

[Uit: De Stoep, serie 2, nr. 10, sept. 1948, p. 25. Gecit. naar Charles Corsen, Verzamelde gedichten (1948-1961). Bijeengebr. en van bibliogr. gegevens voorzien door Daphne M. van Schendel-Labega. Rotterdam: Flamboyant, 1977, p. 9. Ook in: Nieuwe anthologie van de Nederlandse surrealistische poëzie, samengesteld door Laurens Vancrevel, 2012.]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter