blog | werkgroep caraïbische letteren

2012 en de Maya

door Jeroen Heuvel

Zou dit de laatste kerstvakantie op aarde zijn? Volgens sommige mensen vergaat op 21 december 2012 de wereld, omdat dat de laatste dag schijnt te zijn in de kalender van de Maya. Hier volgt een leesverslag van twee boeken over dit onderwerp.

Maya 2012 – mysterie, geloof en wetenschap is een gezamenlijke uitgave van het Tropenmuseum in Amsterdam en het Museum Volkenkunde te Leiden. Het geeft een overzicht van de laatste wetenschappelijke kennis over de archeologische Maya en schetst een beeld van de hedendaagse Maya. Het gaat ook in op de wetenschappelijke en de New Age aspecten van 2012. In Spiritualiteit en het jaar 2012 beschrijft Loek Dullaart oude mythen waarin sprake is van toekomstige rampen en een ondergang, maar ook van een nieuw begin. Hij probeert de vraag te beantwoorden wat wij als mensen kunnen doen als voorbereiding op angstige voorspellingen.
“Wij zijn ons ervan bewust dat er niet één waarheid bestaat,” schrijven de auteurs van het museumboek. Zij geven daarom een overzicht van de interpretaties die verschillende onderzoekers en kunstenaars hebben gegeven van het 2012-fenomeen. Het boek bestaat uit twee delen. Eerst een overzicht van de Maya zoals zij waren en zijn. Deel twee gaat in op het 2012-fenomeen, met de presentatie van drie visies: de wetenschappelijke visie van Maya-experts, de meer spirituele benaderingen van newagedenkers en –onderzoekers en ten slotte de weergave van 2012 in film, theater en strips. Het full-colour boek beslaat 120 pagina’s, de titels van de hoofdstukken luiden: geografie en chronologie; steden en koningen, voeding en landbouw; handel, oorlog en balspel; kosmologie en goden; Xibalba, grafgiften en begravingen; het schrift; de kalender en – van hoofdstuk 9 – de hedendaagse Maya. Voor dit verslag is vooral het hoofdstuk over de kalender belangrijk, maar eerst wat inleidende informatie die misschien nodig is voor een beter begrip daarvan.
De vele Mayagroepen woonden (vanaf 1400 voor Christus) en wonen nog steeds in Mexico, Guatemala, Belize, El Salvador en Honduras. Het Mayagebied bestond uit kleine stadstaten die autonoom van elkaar bestuurd werden. Het centrum van een Mayastad werd gevormd door grote, indrukwekkende stenen gebouwen. Elke god had er zijn eigen tempel. Ook waren er paleizen voor de koning, de ajaaw (letterlijk ‘hij die schreeuwt’) en zijn familie. De Maya bouwden aquaducten om schoon water uit bronnen van buiten de stad naar de stad toe te leiden. De gewone mensen woonden aan de rand van het centrum, in lemen huizen met rieten daken.

 

De Maya aten voornamelijk maïs, aangevuld met bonen en pompoen, ook verbouwden ze tomaten, avocado’s, vruchten, chilipepers en maniok. Maya droegen alles zelf omdat er geen lastdieren waren zoals paarden, ezels of lama’s. Handelswegen liepen zowel over land als via het water, kano’s dienden als transportmiddel over de rivieren en langs de kust.
Volgens de Maya bestond de wereld uit drie delen: een onderwereld Xibalba genaamd bij de K’iche’-Maya bewoond door de overleden voorouders, een bovenwereld voor de goden en de hemellichamen; en als leefwereld van de mens een middenwereld. De scheppingsmythe van de Maya heet Popol Vuh, op internet is hiervan ook een vertaling in het Papiamentu van de allereerste pagina’s te raadplegen. Dit verhaal gaat over de goden die de wereld schiepen door hun woord, en de mens maakten uit maïs en goddelijk bloed. Het leven van de Mayagoden leek op het leven van de mensen. Ze moesten eten, ze maakten fouten en stierven als de mensen niet goed voor hen zorgden. Bij elk deel van het leven hoorde een specifieke god. De Zonnegod K’inich Ajaaw heeft een dubbel karakter: als hij ’s ochtends opkomt, is hij goed, de brenger van licht en leven. Als hij ondergaat, neemt hij licht en leven weg. De maangodin is een mooie jonge vrouw, vaak zittend op een halve maan afgebeeld. Meestal houdt zij een konijn vast, omdat de Maya in de maan het profiel van een konijn zien, zoals wij dat ook bij volle maan kunnen onderscheiden als we ons rechteroor naar de rechterschouder neigen.
Het Mayaschrift vond zijn oorsprong omstreeks de derde eeuw voor Christus. Pas sinds ongeveer 1950 werd het voor de huidige westerling mogelijk om iets van het Mayaschrift te lezen. In epigrafisch of schriftkundig onderzoek worden Mayaschrifttekens omgezet in de waardes die zij als woord of lettergreep hebben. Dit betekent dat zij worden omgezet naar onze letters, ons alfabet. Daarnaast zijn er nog een paar toevoegingen die specifiek zijn voor de Mayatalen.
In hoofdstuk 8 wordt de kalender uitgelegd. De Maya kenden minstens dertien verschillende kalenders. Die waren onder andere gebaseerd op de stand van de zon, de stand van de maan en de stand van Venus. Van sommige van deze kalenders is de betekenis nu niet meer bekend, maar drie kalenders van de klassieke Maya hebben onderzoekers kunnen ontcijferen: de tzolk’in kalender van 260 dagen, de haab’ kalender van 365 dagen die samen de Kalender Ronde vormden, die 52 jaar beslaat, en ten derde De Lange Telling kalender die het mogelijk maakte om langer dan de 52 jaar van een Kalender Ronde te tellen. De Lange Telling hield het aantal dagen bij dat verstreken was sinds de datum 13.0.0.0.0,4 Ajaw 8 K’umk’u, of in onze jaartelling 11 augustus 3114 v.C.

Monument 6
In deel 2 komt een natuurwetenschappelijke studie aan de orde naar de bewering dat er over een jaar iets bijzonders staat te gebeuren. De bron voor deze bewering is te vinden op de archeologische vindplaats Tortuguero, in de staat Tabasco, Mexico. Tientallen jaren geleden is daar een monument gevonden dat Monument 6 is genoemd. Hierop staat, zover bekend, de enige tekst die door de Maya is geschreven over 21 december 2012. Een van de schrijvers van dit boek, dr. Erik Boot, een wereldwijd bekende specialist op het gebied van de ontcijfering van Klassieke Maya teksten, gaat door middel van een nauwkeurige tekstuele analyse in op wat er precies vermeld staat op dit monument.
Van de vindplaats Tortuguero is nu weinig meer over, door plundering en omdat het gediend heeft als groeve voor een nabijgelegen cementfabriek. Monument 6 is bovendien in het verleden in verschillende fragmenten gebroken. Momenteel zijn er nog zeven fragmenten bekend, geïdentificeerd als fragment A tot en met G. Van deze fragmenten van Monument 6 bevinden zich er vier (A, C, D en G) in Mexico, B, E en F zijn via illegale kunsthandel in de VS terechtgekomen. Het eerste artikel dat fragment G (met de bewuste datum er op) beschrijft, werd in 1978 gepubliceerd. Van de 150 tot 200 hiërogliefblokken die er op Monument 6 geschreven staan, gaan alleen de laatste vier blokken over 2012. Door de breuken in het paneel is de cruciale passage zwaar beschadigd en zijn de wetenschappers afhankelijk van reconstructietekeningen en vroeger gemaakte foto’s. Hierdoor is het moeilijk de schrifttekens te identificeren. Maar op basis van het afwegen van de verschillende mogelijkheden kunnen enkele voorlopige lezingen gereconstrueerd worden. Naast de (in vertaling luidende) datum 20 december 2012 staat er: “gebeuren zal (dat) gezien wordt de presentatie van Balun Yokte’ K’uh in de grote ceremonie”. Baluun Yokte’ K’uh is een godheid die te maken heeft met de wisseling van tijdsperiodes en oorlogvoering. De conclusie van dit boek is dat in deze nieuwe analyse van de tekst geen enkele verwijzing staat naar het einde van de Mayakalender, een Apocalyps of een spirituele verandering, het is slechts een punt inde Mayakalender waarop de 13 bak’tun (een periode van 144.000 dagen) sinds 11 augustus 3114 v.C. compleet zal zijn. De telling van de dagen daarna gaat gewoon verder, de Maya plaatsten op een inscriptie in Palenque bij voorbeeld ook een datum in naar onze kalender omgerekend 4772 na Christus.

Spiritualiteit
Het boekje Spiritualiteit en het jaar 2012 van Loek Dullaart is dun, het beslaat slechts 48 bladzijden, maar het is een deeltje uit een reeks van zeven boekjes van hem over spiritualiteit & actualiteit. De ondertitel van de reeks luidt: Oude structuren omvormen, nieuwe vermogens ontwikkelen. In dit specifieke boekje gaat hij nog uit van het gegeven dat de Mayakalender daadwerkelijk eindigt op 21-12-2012, maar hij ziet nergens in de geesteswetenschap die hij heeft bestudeerd, een serieuze melding van een einde van de wereld. Integendeel, hij gaat er van uit dat het einde van de wereld zoals wij die nu kennen, nog een eon verwijderd is. Je kunt een ramp zien als een uitdaging. In dit boekje appelleert Dullaart vooral aan wat wij als individu kunnen doen om geen angst te hebben voor doemscenario’s. Hij laat zich voornamelijk inspireren door de geesteswetenschapper Rudolf Steiner die een kleine eeuw geleden zijn toehoorders het volgende beeld heeft voorgehouden (vertaling van Dullaart) – en ik vind dit een krachtig einde van dit leesverslag – :
“Het is belangrijk je goed voor te bereiden met spirituele kracht voor wat er nu op aarde gebeurt want er zijn veel storende krachten werkzaam op aarde. Het hele culturele leven, de beschaving op aarde zal in verval raken, als de mensen niet de spiritualiteit van de Michaëlische Christus-impuls ontwikkelen, als de mensen niet in staat zijn datgene in onze cultuur wat dreigt af te glijden, weer op te heffen. Vinden zulke eerlijk strevende mensenzielen elkaar die de spiritualiteit op deze wijze in het aardeleven binnen willen brengen, dan zal er een beweging naar boven zijn. Vinden zulke zielen elkaar niet, dan zal het verval verder gaan. De eerste wereldoorlog met al zijn kwade nevenwerkingen zal dan slechts de aanvang zijn van nog veel meer ellende. Want momenteel staat de mensheid voor een grote eventualiteit: voor de mogelijkheid om òf alles wat beschaving is in de afgrond te zien glijden òf het door spiritualiteit op te heffen en verder te voeren in de zin van deze Michaëlische Christus-impuls.”
Beste lezer, een vredige Kerst toegewenst.

Erik Boot, Laura van Broekhoven en Martin Berger, Maya 2012. Mysterie, geloof en wetenschap. 2011 KIT Publishers Amsterdam/ Museum Volkenkunde Leiden

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter