blog | werkgroep caraïbische letteren

Verrassende kijk op aangrijpend leven van ex-premier Pourier

Biografie van Miguel Pourier

door Jeroen Heuvel
Toen Bernadette Heiligers een jaar na het overlijden van Miguel Pourier de opdracht had aanvaard zijn biografie te schrijven, bleek dat de oud-premier een deel van zijn herinneringen al in een folioschrift had opgeschreven. Wat haar opviel, was dat hij juist gestopt was bij de thema’s die zij wilde uitdiepen: de idealen die hem aanjoegen, de belangrijkste issues tijdens zijn bestuursperiode, zijn successen dan wel tegenslagen, de verhoudingen in het Koninkrijk en de vraag wat zijn denkbeelden blijvend hebben opgebracht. Aldus de biografe in het woord vooraf.
Ze vervolgt: Niet dat de heer Pourier niet verder kón schrijven, maar naarmate hij ouder werd, voelde hij er steeds minder voor om de gebeurtenissen tijdens zijn bewogen jaren als premier uitvoerig voor de geest te halen. Gezien de liefdevolle wijze waarop hij zijn jeugd op Bonaire beschreef, besloot Heiligers haar thematische benadering aan te passen. Het resultaat is een chronologische vertelling, waarin Pouriers persoonlijkheid en idealen met bovengenoemde thema’s verweven zijn. De uitdagingen waarmee hij én de Antillen tijdens zijn premierschappen geconfronteerd werden, geven ook een tijdsbeeld van de verhoudingen in het Koninkrijk, die gedurende zijn bestuursperiode opmerkelijk bleken te zijn.

Kaft van het besproken boek

Kaft van het besproken boek

Miguel Pourier, Leven om te dienen, dat eind maart 2016 in Curaçao en op Bonaire is gepresenteerd, geeft, in de woorden van de auteur, ‘een verrassende kijk op een boeiend, imponerend, en vooral aangrijpend leven’.
In 12 hoofdstukken, verspreid over ruim 200 bladzijden, krijgt de lezer een goede indruk van deze man die is vernoemd naar de aartsengel Michael, Miguel Archangel Pourier. Jeugd, school en studie heet het eerste hoofdstuk. De thema’s die daarna aan de orde komen zijn: Ambtelijke carrière, Minister voor Bonaire en interim-premier, Private sector, Referendum en verkiezing 1994, Een onwennige start, Entree van het IMF, Het IMF bewind, Opvolgers, Vanaf de zijlijn, “Een mensch” en tenslotte Afscheid.
Ik kan niet beoordelen of de politiek-historische weergave in deze biografie al dan niet bezijden de waarheid is, omdat ik geen historicus ben, maar ik kan wel een oordeel vellen over de schrijverspen die Heiligers hanteert. Uitmuntend. Ze voldoet aan de hoge verwachtingen die ze had geschapen met haar in 2012 verschenen biografie over Pierre Lauffer, Het bewogen leven van een bevlogen dichter. Dat Heiligers met een mooi idioom ook een boeiend, gestructureerd verhaal kan vertellen, heeft ze bewezen in haar roman Schutkleur (2015). De levensbeschrijving van Pourier is opnieuw een bewijs van de schrijfster haar kunnen. Dat begint al meteen met het in enkele woorden neerzetten van de sfeer en de context in de eerste regels van het boek en het opbouwen van de spanning in de tweede alinea:
De overdekte speelplaats van de basisschool in Rincon was met grote zorg versierd voor het korte bezoek in 1950 van koningin Juliana en prins Bernhard. Vlak voor de rode loper die naar een geïmproviseerd podium voerde, stond de twaalfjarige Miguel Pourier met de armen strak langs het lichaam. Kaarsrecht, in een hagelwit pak met pochet en vlinderdas, richtte hij het welkomstwoord namens de leerlingen tot het jonge koningspaar. Onder kleurrijke draperieën stonden de overige leerlingen in een halve cirkel om hem heen.
Het valt te betwijfelen of koningin Juliana zich haar jonge gastheer herinnerde toen die later, in 1979, bij haar op audiëntie kwam als minister-president van een Antilliaans interim-kabinet. Het werd een audiëntie waar de minister-president naderhand met weinig genoegen op terugkeek.
Heiligers slaagt er in de lezer van meet af aan bij de keel te grijpen. Ook al weet je dat het boek zal eindigen met de begrafenis van de hoofdpersoon, de toon die Heiligers heeft gezet dwingt de lezer verder te lezen, om tot een verlossing van de wurggreep, die iedereen die aan een boek begint, zoekt, te komen. Lees even de volgende alinea’s mee en geniet van het auteurschap. Miguel Archangel Pourier werd op 29 september 1938 geboren op Bonaire, in het afgelegen dorpje Rincon. De zin begint heel normaal, maar in de keuze van de laatste drie woorden schuilt het meesterschap. Ze schrijft niet gewoon: in Rincon, of in het dorp Rincon, nee, ze kiest voor het verkleinwoord dorpje én het is afgelegen. Uitstekend, want anno nu mag Rincon dankzij de auto dicht bij de hoofdstad liggen, maar toen, vóór WO II, lag Rincon, voor de Kralendijker, lopend, of eventueel op een ezel, niet bepaald naast de deur.
De volgende zinnen zijn ook doodgewoon. Zijn ouders waren Maria Florencia Pourier, geboren Janga, en Juancito Juliano Pourier. Vader Juancito was kok op een olietanker van de Shell. Nou, misschien is deze laatste zin niet helemaal normaal, je woont op Bonaire in zo’n afgelegen dorpje, maar je werkt op een schip, van een grote maatschappij, en je bent ver van huis… Maar vooruit, het is normaal genoeg. De volgende zin zal wellicht ook normaal zijn maar dan schrik je van het laatste woord. Het werken op een olietanker was in die tijd levensgevaarlijk. Nou, overdrijft de schrijver hier niet een beetje? vraag je je af; ‘levensgevaarlijk’, zo’n vaart zal dat toch niet lopen? Even verder lezen, waarom het zo bedreigend is. De raffinaderijen op Curaçao en Aruba leverden in de Tweede Wereldoorlog 80% van de brandstof voor de geallieerde troepen. Oh, dat zegt nog niet veel over het levensgevaarlijke, maar ik verbaas me wel over de gegeven informatie in deze zin. Tachtig procent! Echt waar? Zoveel? Ondertussen lees je op een ander niveau, niet dat van de informatie, maar dat van de opbouw van de zinnen binnen een alinea, hoe Heiligers de informatie dusdanig rangeert, dat het leesplezier maximaal wordt. En let op hoe ze na deze overweldigende informatie, in een schijnbaar terloops geplaatste zin – het gaat niet over Bonaire, dat is waar, maar wél over de zustereilandjes van Bonaire, miezerig klein op een wereldkaart, die echter dankzij de olieraffinage aldaar, giga belangrijk zijn geweest voor de afloop van de oorlog – toch gaat uitleggen waarom ze ‘levensgevaarlijk’ heeft gebruikt. Duitse onderzeeërs hebben dan ook dood en verderf rondom de eilanden gezaaid. Zo, dat wist ik niet. En die uitspraak beargumenteert Heiligers dan met historische feiten. Dertig Bonairiaanse mannen kwamen in 1942 op die wijze om het leven. Mocht dat niet overtuigend genoeg klinken, dan vervolgt ze: Hun namen staan gegraveerd in een herdenkingsmonument op de Francisco Mercelina kade.

Miguel voelde zich heel gelukkig in de kunuku

Miguel voelde zich heel gelukkig in de kunuku

Ik zal niet verder gaan u lastig te vallen met een verslag van een mogelijke manier van loeplezen, maar om eer te geven aan het uitmuntende schrijverschap toch nog een opmerking over de sublieme opbouw van deze eerste alinea’s van het boek. Ze informeert ons dat de vader van Miguel een van de vele mannen is die hun werk niet hebben op Bonaire, maar daarbuiten, en dat veel mannen twee keer per jaar terugkwamen op hun eiland.
In de botekin (kroeg) gaven ze rondjes van het geld dat ze verdiend hadden. Vooral in december, als het dorp toch al in feeststemming was, werden de mannen als helden binnengehaald. Het is niet toevallig dat veel kinderen in Rincon in de maand september geboren werden. Oeps, met deze slotzin verwijst ze naar de openingszin: Miguel Archangel Pourier werd op 29 september 1938 geboren. Prachtig geconstrueerd, deze openingsparagraaf.
Er is veel meer te genieten. Bijvoorbeeld (allemaal nog in het eerste hoofdstuk):
“De Pouriers woonden in een van de weinige stenen huisjes in het dorp,” zegt de voormalige politicus Franklin Crestiaan, een jeugdvriend van Miguel Pourier. “De meeste mensen woonden in een hut met een vloer van aangestampte aarde. Behalve dat, waren we allemaal even arm. We droegen kleren die onze moeders of zussen van afgedankte meelzakken maakten. Als ontbijt kregen we buskuchi di soda (crackers) die we in de thee sopten. Verder werden we grootgebracht met geitenmelk en aten we wat de grond voortbracht. We importeerden heel weinig spullen. Je voelde je niet arm, omdat iedereen in hetzelfde schuitje zat. En het was normaal dat de families eten met elkaar deelden.”

De gitaar bracht troost en vertier

De gitaar bracht troost en vertier

Eigenlijk nodigt dit boek de recensent uit tot louter samenvatten, maar dan wel met zinnen van de schrijfster, omdat die zo weloverwogen en welgevormd zijn:
Moeder Pourier was verrukt dat haar zoon het advies kreeg om verder te studeren. Op Bonaire was er na de zevende klas echter helemaal niets. Voor moeder was het uur van de waarheid aangebroken. Haar man kwam slechts twee keer per jaar voor een korte vakantie naar huis. Haar oudste zoon was haar steun en toeverlaat, zowel thuis als op het land. Toch twijfelde ze er niet aan dat hij voor verder onderwijs naar Curaçao moest gaan. “Doe je best,” prentte ze hem in, “maar niet voor mij. Want tegen de tijd dat je er profijt van hebt, ben ik allang door de wormen opgegeten.”
Zo gebeurde het dat de twaalfjarige Miguel Pourier in 1951 met gemengde gevoelens zijn geliefde Bonaire verliet. (…)
Met een klein groepje jongens vloog hij in een DC-3 het tweede deel van zijn jeugd tegemoet. Op Curaçao namen ze hun intrek in het katholieke jongensinternaat van de Stichting Johannes Don Bosco. De leiding was in handen van een groep Kruisvaarders van Sint Jan, in de volksmond bekend als de broeders van Brakkeput. De jongens kwamen uit de buitendistricten van Curaçao en uit de andere Antilliaanse eilanden, voornamelijk Bonaire.
Hoofdstuk 1 telt 23 bladzijden, inclusief 9 foto’s, waarvan een foto paginagroot is. Het langste hoofdstuk is het achtste, Het IMF bewind, dat begint op bladzijde 145, als je de foto met het Lennykapsel van koningin Beatrix op 144 niet meerekent. Er staat verder nog maar één foto in en het eindigt op bladzijde 172, hoewel op onverklaarbare wijze de nummering op die pagina ontbreekt. Het thema en karakter van dit hoofdstuk kent niets meer van de relatief zorgeloze jeugdjaren van Pourier. Relatief, omdat in dit hoofdstuk de keiharde, zakelijke eisen van het Internationaal Monetair Fonds in herinnering worden gebracht, maar ook de huichelachtige opstelling van de machthebbers in het moederland. Staat het eerste hoofdstuk in het licht van de beginjaren van een hoopvolle jongen, vertrouwen hebbend in de steun van de geestelijke wereld, dit hoofdstuk beschrijft het begin van het einde van de politieke loopbaan van een Antilliaanse premier, gedesillusioneerd door het backstabber-gedrag van de collega-politici in Nederland.

Kabinet Pourier na beëdiging door gouverneur Jaime Saleh

Kabinet Pourier na beëdiging door gouverneur Jaime Saleh

Enkele citaten uit het achtste hoofdstuk:
Voor Pourier was het een pijnlijke afgang, vooral omdat een dag later bleek dat de race tegen de klok volkomen zinloos was geweest. Op 29 november 2001 kreeg hij van Onno De Beaufort Wijnholds het officiële IMF-standpunt als reactie op zijn brief van 14 november. Niet alleen vond het IMF dat er opnieuw meer maatregelen moesten worden genomen, maar het fonds wilde daar pas na de verkiezingen met de nieuwe regering over praten.
(…) Daarmee was het politieke lot van Miguel Pourier beslecht. (…)
Toch kwam het dieptepunt voor Pourier uit een heel andere hoek. Omdat hij toch al in Nederland was, ging hij voor medische controle naar Rotterdam. Daar bleek dat zijn hart er weer slecht aan toe was. Een bypass operatie was nu onvermijdelijk. Els Borst, toen minister van volksgezondheid, nam persoonlijk contact op met het Dijkzigt zieken-huis om te verzekeren dat Pourier in de allerbeste handen kwam.
Op 11 december werd hij geopereerd. Maar na de operatie werd Pourier zieker dan ooit. Hij vroeg om een gitaar om tot rust te komen. Zijn dochter huurde er een voor hem, maar zelfs de gitaar bracht hem ditmaal geen troost. Echtgenote Hilly pakte een stoel, ging naast het bed van haar man zitten en was ook ’s nachts niet bij hem weg te slaan.
(…) De vijfde dag na de operatie kwam de narcotiseur in de namiddag gedag zeggen. Zijn dienst zat erop en hij wilde Pourier persoonlijk groeten voor hij wegging. “Door God gezonden,” verzekert Hilly. De narcotiseur had immers geen enkele verplichting om langs te komen.
(…) De tweede operatie verliep goed en de premier knapte zienderogen op. “Dezelfde dag gaven ze ons een stel formulieren om een klacht in te dienen als we dat wilden,” zegt Hilly. “Wij hadden er niet om gevraagd en we hadden daar ook geen zin in. Ik wilde mijn man terug. Dat was alles. Uit voorzorg hielden ze Miguel bijna tot kerst in het ziekenhuis en al die tijd bleven die formulieren op zijn nachtkastje liggen.”
Toen de hechtingen verwijderd moesten worden, deed Pourier zijn medaillon af van Maria van Altijddurende Bijstand, en drukte zijn vrouw die zo onopvallend mogelijk in de hand. “Wat is dat?” vroeg de verpleegkundige die hem was komen halen. Schuchter vertelde Pourier wat het medaillon voor hem betekende. Tot zijn opluchting zei de verpleegkundige dat hij hem dan om kon houden.
Hou je van een uitstekend geschreven boek, wil je op de hoogte raken van de manipulatiepraktijken van geldwolven en opportunistische politici, lees dan dit boeiende boek. Bernadette Heiligers heeft al veel publicaties op haar conto staan. Mocht u nog een druppel twijfel hebben, met de biografie over Miguel Archangel Pourier schaart ze zich onder de topschrijvers van de tegenwoordige tijd.

[reeds verschenen in het Antilliaans Dagblad van 4 april 2016; foto’s uit het besproken boek]

 

Koningin Beatrix en premier Pourier doorweekt door een hoge golf na orkaan Lenny

Koningin Beatrix en premier Pourier doorweekt door een hoge golf na orkaan Lenny

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter