blog | werkgroep caraïbische letteren
Posts tagged with: Mok Ineke

Slavernijverleden en koloniaal verleden Gelderland

Studiemiddag – 27 juni 2019

Tijdens deze studiemiddag in Museum Bronbeek worden sporen van het slavernijverleden én koloniaal verleden in het Gelderse landschap en erfgoed belicht. Op het programma staat onder andere de presentatie van de nieuwe landelijke Gids Slavernijverleden Nederland. Een andere blik op de koloniale collectie van Museum Bronbeek, recent onderzoek van studenten van de Radboud Universiteit en taalkwesties staan centraal in workshops. De studiemiddag sluit af met een rondetafelgesprek. De middag is open voor alle geïnteresseerden. read on…

Koloniale Banden op de Dag van het Kasteel (2e Pinksterdag/ 10 juni)

De Nederlandse Kastelen Stichting, organisator van de Dag van het Kasteel, heeft dit jaar het onderwerp Koloniale Banden op de agenda gezet! Aan mij de eer locaties te interesseren en mede het programma te ontwikkelen. Het is gelukt: op zeven buitenplaatsen brengen historici, musici en performers op 10 juni 2019 de relatie van de locatie met de koloniën indringend tot leven. read on…

‘Stilleven met Moor’ – A Global Table?

door Ineke Mok

Zo, die uitnodiging van het Frans Hals Museum voor de tentoonstelling kwam binnen! Door het schilderij van Jurriaen van Streeck had die meteen mijn aandacht. Een heftig schilderij, een pijnlijk en wreed schilderij omdat ik de man niet los kan zien van slavernij, geweld, ontheemding en vernedering. Het schilderij zelf is een exponent van vernedering. read on…

Waarom kwam Quaco in Nederland pas na 1 jaar en 6 weken vrij?

Slavernij in de Republiek (1) – de wet van 1776

door Ineke Mok

In Noordwest-Europa kwam slavernij na de middeleeuwen niet meer voor. Ook in de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, zoals Nederland van 1588 tot 1795 heette, was slavernij verboden.[1]

MAAR: Degenen die de status van slaaf hadden in de kolonie en die in de Republiek verbleven, konden hun vrijheid niet zomaar opeisen. Een aantal deed dat wel. Coridon trad in 1742 bijvoorbeeld op eigen initiatief in dienst bij de Pruisische gezant, nadat hij vanuit Suriname in Amsterdam was aangekomen met zijn zogenaamde meester Duplessis.[2] read on…

Stripboek Quaco. Leven in slavernij doet mee met de Haarlemse striptiendaagse

Het stripboek Quaco. Leven in slavernij doet mee met de Haarlemse striptiendaagse. Bij 37PK, vlakbij het Frans Hals Museum, is te zien hoe het stripverhaal over Quaco (met tekst van Ineke Mok, Walburgpers 2015) tot stand kwam. Je ziet naast originele inkttekeningen van Eric Heuvel, hoe historische bronnen in de strip een plek kregen. Ook kun je volgen wat er allemaal moet gebeuren voordat één pagina uit het stripboek naar de drukker kan – daar is een enorm prikbord voor nodig. read on…

Een foto-impressie van de keti koti-schrijverskaravaan

Op zondag 28 juni sloeg een schrijverskaravaan uit Suriname, de voormalige Antillen, Kaapverdië en Nederland zijn tenten op in de Rotterdamse boekhandel Donner. De stichting Gedeeld Verleden Gezamenlijke Toekomst (GVGT) organiseerde een literair programma over de herdenking en de viering van de afschaffing van de slavernij. Presentatoren Michiel van Kempen en Alice Fortes lieten een tiental historici en schrijvers en één tekenaar aan het woord. Een fotoreportage van Nielma Harpal. read on…

Schrijverskaravaan in Rotterdam

In samenwerking met Boekhandel Donner organiseert stichting Gedeeld Verleden Gezamenlijke Toekomst (GVGT) op zondag 28 juni een literair programma over de herdenking en de viering van de afschaffing van de slavernij. Schrijvers en historici praten, dragen voor en gaan in debat over de thema’s slavernij en vrijheid. Muzikaal wordt de middag omlijst door DJ Freestyle. read on…

Slavernij luchtig gebracht

door Marijke van Mil

Jacquelina; slavin van plantage Driesveld is een stripboek, het eerste kinderboek van NiNsee (Nationaal instituut Nederlands slavernijverleden en erfenis) dat in samenwerking met KIT Publishers is gemaakt. Vorig jaar was het onderdeel van de tentoonstelling Kind aan de ketting dat inzicht gaf in slavernij van kinderen in het verleden en anno nu.
Het verhaal is gebaseerd op een verslag over de zaak van de vijftienjarige Surinaamse slavin Jacquelina die in 1829 ter dood werd veroordeeld vanwege het vergiftigen van haar slavenmeester.
Om het scenario hebben zich maar liefst drie vrouwen bekommerd: Aspha Bijnaar, Ineke Mok en Dineke Stam. Illustrator en vormgever Kae Solo (pseudoniem voor Karel Leidsman) heeft het boek vormgegeven en de tekeningen gemaakt.
De strip wordt ingeleid met een korte verhandeling over de slavernij in Suriname en personageprofielen van alle figuren uit het verhaal. Daar wordt terloops aan de jonge lezers uitgelegd wat de functie van futuboi, basja, huisslaven en vrije slaven is. Als de strip is afgelopen volgen twee bladzijden met nog wat achtergrondinformatie en de historische verantwoording.

Het verhaal is kort: Jacquelina is verliefd op Kwasie maar mag hem van slavenmeester Van Halm niet meer ontmoeten. Van Halm vergrijpt zich aan Jacquelina waarna voor haar de maat vol is. Ze wil Van Halm vergiftigen maar het gaat mis en ze wordt veroordeeld en ter dood gebracht.

Jacquelina’s geschiedenis wordt luchtig verteld, met weinig tekst. De in de computer getekende plaatjes spreken duidelijke taal. De personages zijn expressief en karakteristiek. Hun houding, kleding en gezichtsexpressie spreken boekdelen: Jacquelina met haar goudgele koto en grote oorringen is een opvallende hoofdpersoon met sexy lange wimpers en laag uitgesneden bloesje. Van Halm is een wellustige griezel met vette haarslierten langs zijn gezicht.
Kae Solo weet ook met typografie veel uit te drukken. Als Van Halm op een nacht Jacqulina’s hut binnenkomt, bibbert zelfs haar tekst van angst.
Er zitten grapjes in het boek verborgen; poes Krolletje en een muis hebben tussen de regels door een eigen woordeloos verhaallijntje. Als Krolletje op het eind dood ligt omdat hij ook van het gif heeft geproefd, staat de muis er triomfantelijk bij te kijken.
Er is niet eerder een stripboek over de Surinaamse slavernij verschenen. Wellicht daarom hebben drie schrijvers/onderzoekers zich er mee bemoeid. Het boek heeft immers een educatieve waarde en moet historisch kloppen, maar moet ook de doelgroep aanspreken.
We leren iets over hoe het toeging in het negentiende-eeuwse Suriname maar bovenal zijn we deelgenoot van het verhaal van Jacquelina, een slavin die in een wrede wereld haar eigen lot in handen probeert te nemen door naar een rigoureus middel te grijpen.
Ze laat zich zelfs hangend aan de galg niet de mond snoeren. Terwijl ze nog een laatste blijk van leven geeft, krijgt Van Halm een steek onder water. Ze roept; ‘Zie je wel, stroeve ouwe paai? Ik sterf nog liever!’ (p. 29).
Deze wrange, waargebeurde geschiedenis had dramatisch en realistisch verteld kunnen worden om het invoelbaar te maken. Maar de schrijfsters en illustrator hebben gekozen voor een luchtige, zelfs humorvolle stijl. Ze hebben het verhaal van Jacquelina, een vijftien jarig slavenmeisje, op een knappe manier aan de vergetelheid onttrokken.

Aspha Bijnaar, Ineke Mok & Dineke Stam (scenario en tekst). Kae Solo (illustraties en vormgeving), Jacquelina; Slavin van plantage Driesveld. Amsterdam: KIT Publishers, 2010. 32 p., ISBN 978 94 6022 109 5, € 9,95.

[uit Oso, 2011, nr. 2]

Nieuw kinderboek: de slavin Jacquelina

Aspha Bijnaar, Ineke Mok, Dineke Stam zijn de auteurs van het nieuwe kinderboek Jacquelina; slavin van plantage Drieveld.

read on…

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter