blog | werkgroep caraïbische letteren

Principieel levenslange zelfballingschap

door Iwan Brave

Wilfred Lionarons (89), pionier van de Surinaamse radiojournalistiek en het vrije woord, overleed 2 mei. Daarmee kwam een eind aan bijna 33 jaar zelfballingschap. Op 8 december 1982 verloor Lionarons vrienden, collega’s en zijn land. Hij ontsprong de macabere dans. Zaterdag was in Maastricht, Nederland het afscheid van een vlijmscherpe polemist. “Op alles had hij kritiek.”

Wilfred Lionarons_418x456

Wilfred Lionarons, jaren ’60

 

 

Wilfred Lionarons studeerde medicijnen aan de Geneeskundige School in Paramaribo maar besloot ‘zijn hart te volgen’ en ging volledig voor de journalistiek. “Gefeliciteerd Suriname dat hij toen die beslissing heeft genomen!” roept Lydia Emanuels vanuit Nederland door de telefoon. Maar die beslissing maakte hem uiteindelijk niet geliefd bij machthebbers. Hij kwam in december 1982 zelfs op de dodenlijst van de militaire machthebbers. Een gedwongen zelfballingschap, tot zijn dood, was het gevolg.

Voor het zover kwam, was Lionarons al decennia ‘luis in de pels’ van machthebbers. “Op alles wat in zijn ogen verkeerd ging, had hij kritiek”, verhaalt Emanuels. “Die verkondigde hij luid en duidelijk. Hij tikte ministers op de vinger en deed zijn taak als journalist met uiterste oprechtheid.” Zijn bijnaam was de ‘Lion’. Niet alleen vanwege zijn achternaam. “Hij was een leeuw; een fighter. En hij vocht met open vizier.”

Emanuels is ‘dankbaar’ voor wat Lionarons in haar leven heeft betekend. Hij was ‘persoonlijke mentor’ en goede vriend. Ze studeerde aan de Surinaamse Rechtsschool, maar was daar doodongelukkig mee. Reden voor Lionarons om tegen haar vader te zeggen: “Wel ja, Lydia zal wel een goed jurist worden maar Lydia zal ongetwijfeld een goed én gelukkig radiomaker worden.” Daarmee was het pleit beslecht en kon ook zij haar ‘hart volgen’.

Na de machtsstrijd tussen David Findlay en Jopie Pengel, was Lionarons in de jaren vijftig directeur van de Avros, het enige radiostation. Het was ongebruikelijk dat een oppositielid op de radio zijn zegje mocht doen. “Wilfred brak met die ongeschreven wet”, vertelt Emanuels. Hij gaf Jopie Pengel de gelegenheid, maar mocht van het Avros-bestuur dat gesprek niet uitzenden. Lionarons beende naar de studio en kondigde aan dat het gesprek over vijftien minuten de lucht inging. Tegen de woedende bestuursleden zei hij: “Jullie kunnen mij niet ontslaan, want ik heb zelf al ontslag genomen.”

Andre Kamperveen, Wim Mol & Cyrill Karg_417x330

André Kamperveen, Wim Mol en Cyrill Karg. Foto: Ruiz Mol

 

Dat was Lionarons ten voeten uit. Maar hij was ‘geen heilige’, gooit Emanuels erachteraan. Hij was een ‘driftkop’. “Ik ben op zijn minst al tien keer ontslagen. ‘Meisje ga weg. Ik wil je niet meer zien, ik kan mijn eigen werk doen!’ Dan werden mijn tas en schoenen mij achterna gesmeten. Maar de volgende dag zei hij: ‘Waarom ben je thuis? Doe niet zo lui, kom je werk doen meisje’. We hebben allemaal heel veel van hem geleerd. Maar het was lang niet altijd makkelijk, want hij had een kort lontje.”

Journalist Luciën de Freitas kan daarover meepraten. Onder Lionarons verzorgde hij een tienerprogramma bij Radio Paramaribo (Rapar) aan de Gravenstraat. “Ik herinner me dat hij de omroepkamer binnenkwam en mijn presentatie maar niets vond. ‘Jongen sta op, dan zal ik je laten zien hoe je zo een programma moet verzorgen!’ Toen ik quasi weg wilde gaan, zei hij: ‘Ga zitten en maak het programma af’. Hij stimuleerde zijn medewerkers door hard te zijn.”

Lionarons was bovenal een gentleman, iemand die het leven vierde. Met veel feitenkennis en als directeur van de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) van vele markten thuis. Samen met boezemvriend en vakgenoot Cyrill Karg tilde hij de Avros naar hoger niveau. “Ze waren twee handen op één buik”, vertelt zoon Luciën Karg. En pioniers van radiojournalistiek in Suriname. Later was Lionarons medeoprichter van Rapar en Karg er de eerste omroeper. Begonnen als ‘piratenzender’, ergens in het afgelegen Geyersvlijt.

Rapar verkreeg legale status nadat uitgerekend Pengel, aan wie Lionarons toen de gelegenheid bood, de Avros liet sluiten. Onder leiding van Eddy Bruma had de PNR het bestuur van Avros overgenomen en gebruikte de radio voor eigen programma’s. Toen het te bont werd voor Pengel, ging de stekker eruit. “Hij was ook de eerste Surinaamse dictator”, zegt Karg stellig. “Iedereen die populair werd in zijn buurt werd direct weggewerkt. Hetzelfde met Bouterse, die op Pengels schoot is opgegroeid. Zijn vader en Pengel waren beste vrienden.”

vrije stem

 

Zelfcensuur

Toch was de militaire dictatuur andere koek. “Het heeft zelfcensuur veroorzaakt en in Suriname was dat er niet”, zegt Karg, toen inmiddels zelf mediaman. Tijdens de ‘revotijd’ verwordt de voorlichtingsdienst tot ‘ongeloofwaardig propaganda-apparaat’. Vader Karg, die Sonde Spikri was begonnen, schrijft hierover ongezouten. Reden voor toenmalig minister Fong Poen van Economische Zaken om in 1982 geen jonge journalisten, maar de ‘oude garde’ mee te nemen naar Miami voor een economische conferentie. Lionarons en Karg mochten mee. Achteraf levensreddend. “Ze wilden eigenlijk niet meer weggaan, vanwege de onrust in het land. Op 5 december hebben mijn broer en ik op ze ingesproken: ‘Het is nonsens, er gaat niets gebeuren in het land’, zeiden we. Nadien besloten ze alsnog te gaan.”

Het meest gewelddadige gebeurt toch. De mediahuizen Radika, Radio ABC en De Vrije Stem worden in de nacht van 7 op 8 december door de militairen in de as gelegd en vijftien vermeende ‘tegenstanders’, waaronder juristen en journalisten, gefolterd en doodgeschoten in Fort Zeelandia. Lionarons en Karg, die ook op de dodenlijst stonden, zoeken via New York hun toevlucht in Nederland. Emanuels werkte toen bij de Wereldomroep. “Het was de enige keer in mijn hele leven dat ik Wilfred Lionarons heb zien huilen. Hij had niet alleen vrienden en collega’s maar ook zijn land verloren. Hij herhaalde steeds: ‘Ik begrijp dit niet; dit is toch geen Suriname’.”

Kranten en bladen hadden een verschijningsverbod gekregen. Alleen de Ware Tijd mocht door, onder zware censuur. Lionarons was alles in één klap kwijt: woonhuis, krant én drukkerij aan de Nassylaan. Zijn rijstbouwgronden van meer dan duizend hectare te Saramacca werden geconfisqueerd.

Eugene Waaldijk was in 1960 oprichter van De Vrije Stem, later overgenomen door Lionarons. Tijdens de stakingsperiode onder Pengel werd het een dagelijkse ‘stakingskrant’. “Iedereen die wat te zeggen had over Pengel kon het daarin kwijt”, vertelt oud-premier Jules Sedney (93) smalend. Hij en Lionarons kenden elkaar vanaf de muloschool. “Het was een tijd waarin iedereen een diploma moest halen en de beste wilde zijn. We hadden concurrentie op alle gebieden: van sport tot wie de meeste meisjes heeft”, gniffelt Sedney ondeugend. Toen hij in de jaren zeventig zelf premier was, namens de PNP, had Lionarons dagelijks ongezouten kritiek op zijn beleid. Goede vrienden of niet. “Het is een heel moeilijke tijd geweest. Dat was natuurlijk niet prettig”, herinnert Sedney zich die vlijmscherpe pen.

 

WEEKKRANT_SURINAME

Lionarons ging in het verzet in Nederland. Hij werkte er ook voor Amnesty International als redacteur. Mensenrechten en gerechtigheid, waren zijn ding geworden. Hij kritiseerde in Weekkrant Suriname het militaire regime. Naast zijn column stond die van Henry Does (Theo Para), die eveneens vrienden verloor in 1982. In Suriname had de veel linksere Does, die voor Mokro schreef, menigmaal polemieken met de ‘ondernemer’ Lionarons. “Pas later ben ik gaan beseffen dat mijn verwantschap met deze man en de wederzijdse waardering, het polemist zijn is”, zegt Does. “Dat is een bepaalde geest. Critici differentiëren en onderscheiden en gaan daarmee eigenlijk verwarring tegen. In moderne samenlevingen genieten polemisten hoge waardering, maar zijn daarentegen een natuurlijke tegenstander van dictatuur.”

Lionarons werd geregeld ontboden door de militairen. “Dat ging er weinig zachtzinnig aan toe. Veel geschreeuw en dreigementen”, zegt hij hierover in 2011 aan maandblad Parbode. “Ik moet erbij zeggen dat ze me nooit hebben aangeraakt. Anderen werden wel mishandeld, maar ik niet.”

Marita Karg-Kleine, Wilfred Lionarons & Henk Kamperveen_416x272

Marita Karg-Kleine, Wilfred Lionarons en Henk Kamperveen in Nederland

 
Schadevordering

Lionarons stelde in 1995 tevergeefs een vordering in tegen Bouterse en de staat Suriname om schadevergoeding te krijgen. Zowel de kantonrechter als het Hof verklaarden hem niet ontvankelijk. Het was vooral een technische beslissing. “Lionarons heeft daarna ervoor gekozen om niet via de Surinaamse rechterlijke weg het één en ander nog voort te zetten omdat hij zijn persoonlijk vertrouwen daarin behoorlijk kwijt was”, vertelt advocaat Hugo Essed die namens hem de vordering indiende.

Een in 2010 gericht verzoek tot schadeloosstelling aan president Ronald Venetiaan bleef onbeantwoord, terwijl Radio ABC die toen wel had gekregen. Essed: “De indruk wordt versterkt dat politiek Suriname, zowel aan de uiterst links radicale als de gematigd rechtse vleugel, eigenlijk Lionarons geen warm hart toedroeg. Het lot van helden is dat zij vaak tijdens hun leven niet als zodanig worden gezien. Ik hoop dat Lionarons ooit nog die waardering krijgt.”

 

Venetiaan Hennah Draaibaar

Ronald Venetiaan met Hennah Draaibaar

 

Het ging Lionarons niet zozeer om de schadevergoeding, “want het heeft hem op geen enkele manier minder strijdbaar gemaakt”. Esseds oudste broer was getrouwd met zijn dochter. “Ik heb de eer gehad Lionarons gekend te hebben als grootvader van zijn kleinkinderen. Zij waren dagelijks om hem heen en bezorgden hem veel levensplezier.”

Zijn heengaan maakt ook emoties los bij directeur Henk Kamperveen van het herrezen Radio ABC. Zijn vader en oprichter André Kamperveen, net als Lionarons radioman van het eerste uur, was één van de vijftien slachtoffers. “Hij had nu ook omstreeks negentig jaar kunnen zijn”, zegt Kamperveen. Hij en zijn inmiddels overleden broer Johnny waren ondergedoken, maar Johnny moest uiteindelijk vluchten. “Ze moesten de mensen hebben die achter de microfoons zaten en een pen in hun handen hadden.”

Op 5 mei zou Lionarons negentig zijn geworden, maar hij overleed drie dagen ervoor. Waar menigeen terugkwam naar Suriname, heeft hij ‘gezworen’ dat nooit te doen zolang er geen gerechtigheid zou geschieden. Sedney: “Daar heeft hij zich aan gehouden. Zijn moeder ging dood, ook zijn zwager De Rooy; hij is niet verschenen. Het is een paradox. Als we allemaal zeggen: ‘Ik ga niet terug’, wat moet dan van het land worden? Maar laten we Lionarons, nu hij er niet meer is, als voorbeeld stellen van een man die principieel is.”

Dit artikel is verschenen in de weekendbijlage van de Ware Tijd van 9 mei 2015

 

henry does_wilfred lionarons

Henry Does (Theo Para) biedt het eerste exemplaar van “De schreeuw van Bastion Veere” aan aan Wilfred Lionarons

 

Toespraak Theo Para bij afscheid Wilfred Lionarons

‘Zijn strijd was niet vergeefs. In Suriname stopte het folteren en moorden’

Afgelopen zaterdag werd in Maastricht, Nederland als laatste afscheid het leven en werk van Wilfred Lionarons ‘gevierd’. Naast toespraken van kinderen, kleinkinderen, broer en neef, traden topartiesten als Oscar Harris, Ronald Snijders, Robby Alberga en Dana Fung Loi op. Oud Rapar-journaliste Lydia Emanuels en journalist Roy Khemradj schetsten de historische betekenis van Wilfred Lionarons voor de Surinaamse radio- en dagbladjournalistiek. Ook columnist en essayist Theo Para (Henry Does) van onze krant voerde het woord. Hij sprak de volgende woorden:

“Lieve familie, vrienden en vriendinnen,

Wilfred Lionarons noemde ze ‘militaire moordenaars’. De moordenaarshand greep in zijn geval op 8 december 1982 mis. Hij was op dat moment toevallig niet in zijn vaderland. Op 8 maart 1985, dit jaar 30 jaar geleden, vonden de Rijswijkse moorden plaats. De moordenaars maaiden aan de Verrijn Stuartlaan, in het gebouw van de Weekkrant Suriname en de Raad voor de Bevrijding van Suriname, per vergissing vijf jonge muzikanten van een band die daar oefende, neer. Drie vonden de dood, twee raakten zwaar gewond. Wilfred was redacteur en columnist van de Weekkrant Suriname en werkte elke week aan de Verrijn Stuartlaan.

Moed is niet de afwezigheid van angst. Het is de morele kwaliteit om ondanks angst door te gaan het goede te betrachten. Wilfred, die ook zijn drukkerij en bezit aan de Nassylaan in brand geschoten en zijn dagblad De Vrije Stem verboden wist, had alle reden tot angst. Maar tegen zijn trouw aan de slachtoffers van de misdrijven tegen de menselijkheid, zijn liefde voor zijn geboorteland en zijn tomeloze drang naar autonomie, was geen angst bestand. Met de brutaliteit, eruditie en humor hem eigen, nagelde hij in woord en geschrift de dictatuur aan de schandpaal. Hij brak een lans voor democratie, gerechtigheid en mensenrechten. En hij vertelde door over de voorbeelden van de goede en bekwame mensen die Sranan had voortgebracht. Als activist-journalist van Amnesty International zette hij zich in voor de mensenrechten wereldwijd .

Zijn strijd was niet vergeefs. In Suriname stopte het folteren en moorden. De verboden media konden zich weer laten horen. De dictatuur maakte plaats voor een democratie. Politieke partijen konden weer actief zijn en in verkiezingen kon de bevolking het parlement kiezen. Het 8 december strafproces ging van start. Het Nationaal Monument Bastion Veere 8 december 1982, op de plaats delict, werd door president Venetiaan onthuld. Het staatsrechtelijke en symbolische eerherstel van de vijftien voormannen van de democratie, waaronder vier collega-journalisten, waren daarmee een feit.

Maar Wilfred liet zich niet in slaap sussen, hij was ervan overtuigd dat zonder berechting van de militaire moordenaars, de morele terugval dreigde. De zelfamnestiewet van 2012 heeft de accuraatheid van zijn overtuiging bevestigd.

Wilfred Lionarons hield zielsveel van Suriname. Zijn Weekkrant-column droeg als naam Mi kondre tru. Wilfred zei in een interview dat hij vóór de decembermoorden er altijd vanuit ging in het land waar zijnkumba telag begraven, ook begraven zou worden. Maar hij weigerde nog een voet op Surinaamse bodem te zetten, voordat er gerechtigheid was geschied. Zijn ballingschap is een eeuwige statement voor gerechtigheid. Wilfred Lionarons liet ons na, de esprit van morele veerkracht en intellectueel floreren. De esprit van patria cara, carior libertas. Het vaderland is mij dierbaar, dierbaarder is mij de vrijheid.”

Maastricht, 9 mei 2015

 

[uit de Ware Tijd, 11/05/2015]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter