blog | werkgroep caraïbische letteren

Parodie op Schooljaren (2)

door Ed Hart

Aan uitbreken hoefde je niet eens te denken want de poorten werden om acht uur hermetisch gesloten zodat laatkomers konden worden geregistreerd. Tijdens de pauze werden de poorten weer afgegrendeld als een kruitmagazijn en de leerkrachten veranderden in cipiers die alles en iedereen scherp in de gaten hielden.

 


Een sanitaire stop was uiteraard wel mogelijk, maar de penetrante geur die altijd rond de geoxideerde stenen pisbakmuur hing, dwong degenen die met zowat ingehouden adem hadden staan stralen, zich toch licht bedwelmd zo snel mogelijk vandaar te verwijderen.
Rond 13.00 uur liep de gijzeling van die dag ten einde.
Als een onoverzichtelijke kudde losgeslagen gnoes overspoelden leerlingen de straten. Luidruchtig bijkomend van het lange zit-zwijg-en-let-op systeem en met volle teugen genietend van de vrijheid waar ze op gezette tijden naar hadden gesnakt. Sommige straten raakten bijna verstopt door de ontsnapte, oproerige hordes. Ze togen in alle richtingen huiswaarts waar hun vrije uurtjes als het ware omvlogen. Van strakke schoolregimes naar Spartaanse huissystemen.
’s Avonds tussen 19.00 en 20.00 u. werden alle schoolgaanden zonder omhaal verbannen naar donkere zolders of opgesloten in potdichte kamers. Deze muskietenvrije ruimtes waar ze ook al muisstil moesten blijven, waren vergeven van de prikkende geur uit een Flit pompblikje of opkringelende dampen uit gifgroene, platte spiraalkaarsen. Een levensgevaarlijke combinatie. Of een soort serum?
Na jarenlang gegijzeld op die scholen, ontvingen de geslaagde leerlingen in plaats van smartengeld, een DEP, het certificaat dat ze zogenaamd volleerd waren. Daarmee konden ze snel op jacht gaan om een onderbetaald baantje te bemachtigen, waar ze dagelijks even lang moesten blijven als tijdens hun schooljaren. Maar nu waren huiswerk, repetities en examens verleden tijd. Uitzondering vormden diegenen die het onderwijs waren ingelokt of vrijwillig ingestapt. En ( sommigen) op hun beurt een moderner schrikbewind handhaafden. In de pauze konden ze lunchen en er gold geen spreekverbod. In plaats van juf of meester was er een chef. In plaats van medeleerlingen waren er collega’s. En een hongerloon ? Ach , ach. Als men tevreden was of zich liet koeioneren, het leven ging gewoon door.
En de koeien? Die loeiden voort en zorgden voor kalveren, melk en mest.
Een deel van ze , wanneer slachtrijp, voor vlees en leder.
Leve de koeien!

N.B. “Efu kaw arki na tju-tju fu libisma a no e njan wan mofo grasi na den anu”

on 25.02.2017 at 11:38
Tags: / /

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter