blog | werkgroep caraïbische letteren

Parodie op schooljaren (1)

door Ed Hart

In de vroege ochtend werden de koeien op boiti gemolken waarna ze hun stal uit mochten om de ganse dag ongehinderd te grazen en te herkauwen. Herkauwen met die minachtende blik waarmee ze uit hun koeienogen staarden. Zo van alsof ze het beter wisten of zich bewust van hoe belangrijk en nuttig ze wel waren.
Ook het lome loeien van tijd tot tijd hoorde erbij. Wat ze daarmee te kennen wilden geven mag Joost weten. Was er soms iets dat hen, verwende nesten als ze waren, niet aanstond?  Of was het zuiver een uiting van welbehagen?  Daar in die omheinde grote ruimte waar ze onbedreigd genoten van La Dolce Vita, het zalig niets doen.

Van tijd tot verplaatste eentje zich statig voortschrijdend naar een andere graasplek, een sloot of naar een schaduwboom.
Ze wisten ook gezellig samen te scholen en altijd zeer vreedzaam (met een T).  Ze waren wel te benijden, die goeie koeie.

De dagindeling van schoolgaande kinderen in het hele land begon ook ’s morgens vroeg. Maar wat een contrast met die van het luierend vee.
De jeugd moest zorgen op tijd aan te komen in die opslokkende gebouwen waar ze iedere werkdag vijf uren lang als gegijzelden doorbrachten. Weliswaar niet gekneveld maar vanwege een streng spreekverbod zelfs geen kik mochten geven. Ze durfden niet eens te kuchen of te niezen in die streng bewaakte stilte. Laat staan per abuis een niet te stuiten hoorbaar zuchtje laten. Dat was strikt ongehoord en getuigde van overgeeflijke onbeleefdheid. Ze leken wel porseleinen poppen.
Zo je b.v. op een gestelde vraag de aandacht van de juf of meester wilde, dan mocht je hoogstens een vinger opsteken. Soms moest je je ene arm ondersteunen met je andere als de leerkracht je negeerde of wilde drukken. Juf of meneer roepen betekende een dodelijke blik of strafwerk. En de troetelnamen die ze berispend aan stoorzenders in de klas gaven….”creatuur, vlegel, kwast, baliekluiver, individu etc..” Zo demoraliserend.

Tijdens hardop lezen van het bord voor de klas kon je eindelijk en opgelucht lucht geven aan het ingepeperde stilzwijgen. Zangles was, als je kon zingen of niet, ook een tijdelijke maar zeer welkome afwisseling.
Met een korte onderbreking genaamd pauze, konden de leerlingen die een boterham hadden of een zoete bol konden kopen bij de bolleman of vrouw, hun honger stillen en al kauwend hun opgekropte protesten terugslikken. Diegenen die niks te kauwen hadden, hadden ook niks te slikken behalve speeksel. Dorst werd gelest door het kraanwater uit je handen te slurpen.

on 20.02.2017 at 23:58
Tags: / /

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter