blog | werkgroep caraïbische letteren

Michaël Slory – Albert Helman in mijn jongelingsjaren

In mijn jongelingsjaren
het vuur dat uit jouw boeken spatte
om ons te verlichten.
Urenlang spraken wij
over jouw woorden.

De legende ging langs
van mond tot mond,
blik tot blik,
hand tot hand;
in de zalen, langs de gebouwen,
over de daken, langs de straten.

“Wat kan hij toch bedoeld hebben
met dat en dat?
Wat zit erachter?”

En dan kwamen de diskussies los
bij een fles bier,
of bij een Cola,
en agiterend
wilde een ieder
het zijne ervan zeggen.

De grote verteller
die ons onszelf leerde kennen,
die ons de ingewanden
van het land opende,
de bossen, de rivieren,
het laaiend zonlicht,
de lach van de mensen
en hun lawaai,
in de stilte van dit stuk aarde
om ons heen.

Misschien droomde ik reeds
daarom, al wist ik het niet eens,
om ook beeldhouwer te worden
van gestalten, opgeroepen,
zoals door jou.
Misschien, ik kon het niet weten.

Maar het ei was gelegd,
die witte grond in mij,
dat broeiende
tussen de lianen,
de takken in het oerwoud.

En zo zou ik dan later
ook licht laten zijn,
zelf een lichtveld zijn
of een partikel van een lichtveld,
maar met glans en met warmte,
zoals tussen de kaften van jouw boeken.

17 juli 1996

 

Michael Slory

Michael Slory in zijn studententijd

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter