blog | werkgroep caraïbische letteren

Herinneringen aan Rolf van der Marck

door Jan Gajentaan

Vandaag is het precies een jaar geleden dat de in Suriname wonende Nederlandse “pensionado” en publicist Rolf van der Marck (1935-2013) plotseling kwam te overlijden. Zijn kritische pen wordt node gemist.

Rolf gaf op veel zaken commentaar en deed dat – zo bleek achteraf – niet alleen onder eigen naam, maar ook onder pseudoniemen zoals Janus Miraculus, Edgar Mampier, Jodocus Treffers, Joshua Taytelbaum, Stanley Li A Pau, John Sterkendam of Jules Koningverander.

Amsterdam, jaren zeventig
Voor mij is hier een bijzondere geschiedenis aan verbonden. Ik kende Rolf persoonlijk, maar realiseerde mij dat pas nadat hij was overleden. In de jaren zeventig was mijn vader in Amsterdam bevriend met de uit Roermond afkomstige Rolf. Mijn vader was dierenarts en Rolf werkte toen bij een uitgeverij. Rolf woonde met zijn charmante vrouw Trees en hun twee zoons in Amsterdam-Zuid, niet ver van mijn ouderlijk huis. Ik was van dezelfde leeftijd als Rolfs oudste zoon en kwam vaak bij hen thuis om te spelen. Het gezin herinner ik mij als sociaalvoelend, progressief en kunstzinnig.

Het was voor ons dan ook een grote schok, toen Rolf op enig moment zijn gezin verliet omdat hij had gekozen om samen te leven met een man. Zijn vrouw en kinderen zijn toen, als ik me dat goed herinner, elders gaan wonen. Ik heb ze nooit meer gezien. Rolf kwam daarna, in de late jaren zeventig, nog wel eens bij mijn ouders over de vloer. Ik herinner me hem als een erudiete en energieke man met een duidelijke mening. Sindsdien heb ik Rolf nooit meer ontmoet.

Kritische geest
Toen enkele jaren geleden een artikel over mij verscheen op GFC Nieuws van ene Rolf van der Marck, waarin ik flink werd aangepakt (hij vond mij niet kritisch genoeg over Bouterse en Brunswijk), dacht ik meteen terug aan de Rolf die ik kende. Ik schoof die gedachte snel terzijde: ik kon me niet herinneren dat de naam Van der Mark met een c werd geschreven (Marck) en ik wist niets van een vertrek van “onze” Rolf naar Suriname. Het kon niet dezelfde persoon zijn, dacht ik.

De publicist Van der Marck kwam op mij over als een Hollandse brombeer die heel wat te mopperen had over Suriname, maar hij deed dat op een originele wijze. Hij schreef onder meer over de verloedering van het cultuurgoed, over de soms gemakzuchtige houding van de overheid en over dubieuze onderwijsinstellingen op de vrije markt. Hij was sterk anti-Bouterse. Toch proefde je aan zijn stukken, dat hij opkwam voor de Surinaamse mens en het niet kon verdragen wanneer die mens zonder respect behandeld werd.

Zijn kritische houding werd niet door iedereen op prijs gesteld. Misschien was hij daarom ook genoodzaakt om onder pseudoniem te schrijven. Zo kreeg hij het aan de stok met Hubert Rampersad, die een kort geding tegen hem begon. Er kwamen ook persoonlijke aanvallen op Rolf, die op internet valselijk beticht werd van pedofiele praktijken. Ismene Krishnadath van Schrijversgroep ’77 probeerde hem in diskrediet te brengen op grond van die valse beschuldigingen.

In de laatste weken voor zijn dood, hadden we contact via Facebook en wisselde ik berichten uit met Rolf over zaken zoals cultuur, literatuur en politiek. We hadden vaak een vergelijkbare denkrichting. Zo stoorden we ons allebei aan sommige columns van Sandew Hira en diens Holocaust-vergelijkingen over het koloniaal verleden. Het kwam op ons niet “kosher” over om het leed van de ene groep uit te spelen tegenover de andere. In Rolf’s laatste artikel op GFC Nieuws ging hij stevig te keer tegen Sandew Hira, die hij een heksenjacht tegen het zionisme verweet.

Pas toen op zijn website SurinameStemt het overlijdensbericht verscheen en ik de namen van zijn zoons in Nederland zag staan, realiseerde ik mij dat de publicist Rolf van der Marck één en dezelfde persoon was als de Rolf die ik gekend heb in mijn jeugd. Toen begreep ik ineens hoe het kwam dat sommige critici van SurinameStemt (alter ego’s van Rolf zelf) heel wat van mij wisten, zoals het optreden van mijn grootvader vroeger als Sinterklaas, bij de intocht van Amsterdam.

Met Rolf en zijn leger aan pseudoniemen zijn in één klap heel wat critici heengegaan. Ik hoop dat zich de komende tijd veel nieuw Surinaams schrijftalent zal manifesteren, niet alleen met romans en gedichten, maar ook met kritische stukken in de media. Rolf zou er blij mee zijn. Ik herdenk hem als een creatieve geest, misschien soms onbegrepen, met een sterk gevoel voor rechtvaardigheid.

[van GFC Nieuws, vrijdag 17 januari 2014]

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter