EBG in Paramaribo
Scan gedetailleerde plattegrond van de zendingsplaats (Missionsplatz) der Evangelische Broedergemeente (EBG) in Suriname aan de Maagden-, Steenbakkerij- en Domineestraat inclusief plattegrond van Paramaribo uit 1891.
Deze kaart is uit het boek Ein Besuch in Paramaribo van Hermann Gustav Schneider, uitgeverij R. Roth, Stuttgart 1891. Schneider werd op 14 september 1842 in Rixdorf, Berlin geboren en overleed op 3 juli 1914 in Herrnhut. Hij was predikant en redacteur van het Missionsblatt der Brüdergemeine in Herrnhut. Schneider was trouwens nooit in Paramaribo op bezoek. Maar door zijn werkzaamheden als redacteur was hij middels brieven en naar Herrnhut terugkerende broeders en zusters uit Suriname goed over het zendingswerk geïnformeerd.
In het 260 pagina’s tellende boek plus bijlage geeft hij een nauwkeurige beschrijving van de organisatie, werkzaamheden en gebouwen van de EBG.
Paramaribo had in 1890 ca. 27.000 inwoners en hiervan waren rond 14.300 personen leden van de EBG. Het zendingswerk werd toen door 40, meestal Duitse zendelingen en hun vrouwen verricht, waarvan de helft in Paramaribo werkte. Verder bestond de zending nog uit 10-12 Surinaamse helperbroeders en 10-12 helperzusters.
Scan, eveneens uit het boek Ein Besuch in Paramaribo uit 1891. Foto van Wilhelm Hoffmann, Dresden.
Op de voorgrond links, hoek Maagden- en Steenbakkerijstraat het „Vorsteherhaus”. Op de begane grond bevond zich toen de eetzaal met een lange tafel voor het gezamenlijke middagmaal en aan de achterkant een galerij. De eerste verdieping werd door het hoofd economische zaken van de EBG en familie bewoond. Hier bevond zich ook zijn kantoor.
Achter de palmen de grote stadskerk, met boven (Empore, galerij) de „grote kamer” (administratie met de kerkboeken), bibliotheek, archief, werkkamer van de praeses, orgel, kofferkamer en de verbondkamer.
Daarnaast langs de Steenbakkerijstraat volgt het huis met de bakkerijwinkel, woning, kantoor, galerij (achter) en boven twee woningen en galerij (achter).
Een bouwgelijk woonhuis met beneden een mangelkamer en galerij (achter).
Op de hoek volgt de grote winkel, met provisiekamer en kantoor, eveneens met dakhuis. Tussen de drie huizen waren twee met bakstenen geplaveide doorgangen. Op het achtererf werden tussen 1767 en 1776, toen de EBG nog geen eigen begraafplaats had, 15 zendelingen en kinderen begraven. In 1851 werd voor hun een gedenksteen geplaatst.
[van Facebook, Stichting Charlotte van der Lith]
RSS
Facebook
Twitter
