blog | werkgroep caraïbische letteren

De executie van Diana Marquez' vader

Boek over Curaçao’s eerste Joodse WO II-slachtoffer

Tijdens de Nationale Herdenking staan we stil bij slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in het bijzonder en van andere oorlogen in het algemeen. Van enkele slachtoffers is het bekend hoe ze aan hun einde zijn gekomen, van anderen zijn de doodsoorzaak of gelogen, of worden de omstandigheden van het overlijden in twijfel getrokken. Het mag dan niets aan het resultaat veranderen, voor de nabestaanden is het belangrijk dat de waarheid aan het licht komt, of dat nou voor het verstand is om de juiste schuldige aan te kunnen wijzen en dan nog niet eens om die te straffen, of om een genoegdoening voor het gevoel. Over de zielsgesteldheid van de mensen die voortijdig uit dit aardse leven zijn weggerukt, heb ik het in het kader van deze bespreking niet.

In 1940 is op 30 mei Henri Benjamin Marquez doodgeschoten. Deze op Curaçao geboren Jood was op Aruba gaan werken, bij de Lago als tankmeter. In het scheepsmeterkantoor, dat niet alleen door de Lago-arbeiders werd gebruikt, maar ook door de aanwezige mariniers als wachtlokaal was ingericht, was Marquez aan het praten met een Nederlandse marinier. Het gesprek ging over de pas begonnen wereldoorlog. Marquez pleitte voor een bevrijding van de koloniale overheersing. Als Duitsland de oorlog zou winnen, zouden de Nederlandse Antillen meer zelfbeschikkingsrecht krijgen, volgens de voorvechters van de Monroedoctrine. Het uitspreken van deze vrijheidsvisie van de 43 jarige Marquez, vader van zes jonge kinderen, beviel een marinier 3e klasse zo slecht, dat deze 22 jarige Camilius van Roseel besloot met enkele geweerschoten Henri Marquez de mond te snoeren en hem voor eeuwig het zwijgen op te leggen. Met dit boek over deze zaak hebben Diana Marquez, een dochter van Henri, en de voorzitter van de Stichting Eerherstel Oorlogsslachtoffers Curaçao, Nizaar Makdoembaks, aan het verongelukte slachtoffer een deel van zijn stem teruggegeven. Waarheid bestaat, leugen vergaat.

Het boek beslaat ruim 230 bladzijden. Daarvan zijn er 140, verspreid over 5 hoofdstukken, besteed aan de reconstructie van de rechtszaak, de context van de fatale schoten en gevolgen hiervan voor dochter Diana. De 16 bijlagen die de reconstructie van deze geschiedenis bewijzen, zijn in het tweede deel van het boek opgenomen.

De titel De executie van Diana Marquez’ vader komt misschien een beetje vreemd over. De levende Diana krijgt meer aandacht dan Henri. Waarom niet De executie van Henri Marquez? Omdat Makdoembaks van de dochter een symbool maakt voor de door de kolonisator gediscrimineerde Antilliaan/Curaçaoënaar. Omdat de dochter, die twee en een half jaar oud was toen haar vader uit haar leven gerukt werd, later op zoek is gegaan naar de ware toedracht van de moord op haar vader. En naar de begraafplaats, omdat de autoriteiten niet zeiden waar papa was ‘begraven’. De nabestaanden hebben nooit de mogelijkheid gekregen op een rouwproces, hoe belangrijk dat ook voor hen was. Jarenlang is die zoektocht tevergeefs geweest, ze kreeg steeds nul op het rekest. Ook is de titel goed gekozen omdat, vooral in hoofdstuk 4, veel dagboekteksten en overpeinzingen in dichtvorm van de hand van Diana in het boek zijn opgenomen om duidelijk te maken hoe zwaar het verwerkingsproces van deze brute moord voor dochter Diana is; ís – niet: is geweest. . Pas in 2015, dus 75 jaar na dato, benaderde Diana de Stichting Eerherstel Oorlogsslachtoffers Curaçao (SEOC) en machtigt ze de voorzitter daarvan, Nizaar Makdoembaks, tot het onderzoek van deze moord en de zaak aanhangig te maken bij de Nederlandse regering.

De gearresteerde Van Roseel die Henri had doodgeschoten is in november 1940 door de krijgsraad veroordeeld tot vier maanden celstraf. Bij het uitspreken van het vonnis was die straf al uitgezeten, tin 1942 was hij weer als marinier gestationeerd, in Suriname. De rechtsgang liet gaten vallen, de nazorg voor het gezin van het slachtoffer was nul komma nul. De elf jaar jongere echtgenote van Henri Marquez, op 32 jarige leeftijd weduwe geworden met de zorg voor zes kinderen, heeft nooit over deze moord willen of kunnen spreken met haar kinderen. Henri Marquez is de dag na zijn dood, ergens op Aruba ‘begraven’ zonder dat er ook maar één familielid bij aanwezig kon zijn.

De SEOC legt twee grieven bij de overheid neer: Van Roseel is veroordeeld voor zware mishandeling met de dood tot gevolg, maar SEOC wil dat hij veroordeeld wordt voor standrechtelijke executie en dat er enige vorm van genoegdoening voor het gerechtelijk dwalen aan Diana Marquez wordt gegeven; de tweede grief is dat de overheid welgemeende excuses maakt aan Diana Marquez voor het veroorzaakte levenslange leed. “Van enige afwikkeling van de moord ten aanzien van de nabestaanden is nooit sprake geweest. In de woorden van Diana Marquez:

‘Mijn moeder moest namelijk voor de bevalling van haar zesde kind naar Curaçao. Het zou een moeilijke bevalling worden, daarom. 22 februari 1940 werd het kind geboren en voordat zij de kans kreeg om met haar kinderen en de pasgeborene terug te gaan naar Aruba, kreeg zij het bericht van de dood van mijn vader. Zij liet de kinderen achter (…) en ging terug naar Aruba. Toen zij op Aruba aankwam, was het lichaam van mijn vader er niet meer. Zij heeft mijn vader nooit meer teruggezien…” (p 8)

Makdoembaks heeft het volledige dossier boven water kunnen halen uit de archieven van het Nationaal Archief Curaçao, aangevuld met contextuele informatie uit het Nationaal Archief Den Haag, Ministerie van Koloniën, Geheim Archief van het Kabinet en onder meer enkele websites. Omdat hij geen jurist is – hij is van beroep arts-onderzoeker – heeft hij het dossier laten analyseren door advocaten. Door logisch nadenken komt Makdoembaks tot een conclusie, in hoofdstuk 5. Hij stelt vast ‘dat racisme welig tierde in het Nederlandse leger ten tijde van de moord. Ik tel daarbij op, één, de grote invloed van de harde aanpak van de militaristisch ingestelde gouverneur Wouters, en twee, de alomtegenwoordigheid van de afkalving van het Nederlands prestige op de Nederlandse Antillen.’ (p 137). Eerder had hij al geschreven: ‘Over de betrouwbaarheid van het justitiële apparaat op Curaçao ten tijde van de Tweede Wereldoorlog heb ik in relatie tot de Aprilmoorden al eens een boekje open gedaan [in: Chinezen gekwetst in Oost en West.Onthullend beeld van een buitenrechtelijk bloedbad, 2014, JH]. Ook bij deze zaak van de vermoorde Marquez lijkt het alsof buitengerechtelijke krachten aan het werk waren. Immers, Marquez was op dat dramatisch moment in actieve dienst als werkman bij een Amerikaanse raffinaderij op Aruba, maar de Amerikanen bemoeiden zich niet met deze zaak…’ (p 84)

Naast foto’s, zoals stukken in de zaak van C.J. van Roseel, met onder meer een foto van het lijk van het slachtoffer – die is gebruikt voor de kaft van het boek -, of een foto van G. Wouters, gouverneur van de Nederlands Antillen, 1936-1942, staan er veel illustraties gemaakt door Michiel Tan. Die zijn bedoeld om een impressie te geven, bijvoorbeeld van hoe Henri Marquez met zijn gezin op een terrasje zou hebben gezeten, of hoe Van Roseel als schildwacht met collega’s bij barakken op Bonaire zou hebben zitten praten.

Er is een Spaans spreekwoord dat van toepassing is op deze publicatie, als een thema voor deze verzameling dossierstukken, logische analyses, therapeutische schrijfsels van een nabestaande en schetsen als sfeertekening, om de onvrede op te lossen over een dood, c.q. moord, c.q. executie, het vonnis over deze zaak en de schier onmogelijke verwerking ervan door een dochter. La verdad permanece, la mentira perece. Een boek dat overtuigend de verdoezelingen van krom recht probeert te ontsluieren.

Raadpleeg voor meer informatie over Nizaar Makdoembaks de website http://www.nationaalmonumentcuracao.com

Iets aangepaste versie van artikel dat in het Antilliaans Dagblad van 4 mei 2016 is verschenen

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter