blog | werkgroep caraïbische letteren

Balans: Arubaans letterkundig leven (26)

door Wim Rutgers

04.6. One happy island

Hebben boeken invloed? Kan lezen van iemand een beter of een slechter mens maken? Vroeger dacht de rooms-katholieke kerk van wel en propageerde goede boeken en bestreed de slechte lectuur ‘idil-listisch’ te vuur en te zwaard. Met het geïsoleerde Papiaments lukte dat de katholieken aardig omdat de kerk daar invloed op had, maar met Spaanse, Nederlandse, Engelse en Franse boeken was dat een stuk moeilijker.

 

Wim Rutgers bij Vaco

Wim Rutgers in de Surinaamse boekhandel Vaco aan de Domineestraat in Paramaribo

Tegenwoordig zijn we wat minder overtuigd van de al dan niet positieve of negatieve invloed van lectuur en literatuur, hoewel die idee in de jeugdliteratuur nog steeds aanwezig lijkt. Zo claimen de onderwijskundigen de jeugdliteratuur nogal eens als onderdeel van hun vakgebied, waarbij ze de pedagogische waarde of onwaarde laten prevaleren boven het literaire niveau. Ook schrijvers denken met hun boek het goede doel te kunnen en te moeten dienen. Daar is niets op tegen als dat maar in een goed verteld verhaal gebeurt.

 

Hennep_Buscando Felicidad

Herman (Manchi) Hennep
De eerste prozapublicatie van Herman (Manchi) Hennep (Aruba 1942 – 2015) de roman voor jongeren Buscando felicidad (2002) beschrijft de relatie tussen twee jonge mensen die dreigde stuk te lopen op diverse intriges en penibele situaties. De twee ‘kregen’ elkaar tenslotte toch, ondanks hun verschillen, omdat ze beiden zowel onderling als met hun ouders en opvoeders open gesprekken konden voeren en elkaar hun problemen zonder omwegen konden voorleggen. Terwijl de relaties tussen kinderen en ouders in de Nederlandstalige jeugdboeken van een paar decennia eerder als Desiree Correa, Mosa’s eiland en Richard Piternella, Niet huilen bij de zee, stuk liepen op gebrek aan contact en openlijke gesprekken, wees Hennep in Buscando Felicidad juist op het belang van openheid en een wederzijdse vertrouwensrelatie. Dat hij daarbij het incesttaboe niet uit de weg ging, pleitte voor zijn eerlijkheid als auteur. Jonge lezers waardeerden dit taboedoorbrekende thema en lazen zo bovendien impliciet over de pedagogische waarde van een open communicatie. De conclusie is duidelijk: Hennep publiceerde een waardevol jeugdboek omdat het naast de pedagogische criterium aan het literaire voldeed door zijn thema origineel en adequaat uit te werken.

 

Herman Hennep

Herman Hennep

Met de roman voor young adults Tres diferente ruta (2006) heeft Hennep opnieuw een actueel jongerenthema naar voren gebracht, namelijk het het drugsprobleem en het is er hem in zijn verhaal om te doen jongeren een duidelijke keuzemogelijkheid te bieden. Drie jongeren, twee jongens en een meisje, die op drie totaal verschillende wijzen door hun ouders verwaarloosd worden, gaan alle drie het verkeerde pad op. Ze lopen van huis weg en komen op straat in aanraking met minder fraaie vrienden en zaken, die hen op de weg van kwaad naar erger brengen. Jeremy’s vader drinkt en slaat zijn vrouw, de ouders van Roy hebben het zo druk met hun carrière en maatschappelijk succes dat ze totaal geen aandacht hebben voor hun opgroeiende zoon. Rita wordt geadopteerd omdat haar moeder niet voor haar kan zorgen. Als het adoptief echtpaar zelf toch kinderen krijgt, betekent dat het einde voor Rita.
Door hulp van een oude vrouw en zijn oma lukt het Jeremy tenslotte uit zijn uitzichtloze leven te treden. Hij gaat naar SAMBA dat uitgebreid beschreven wordt. Roy is onverbeterlijk, maar het meest tragisch blijkt het meisje Rita die als choller en drugsverslaafde ook nog aids oploopt en zich met een overdosis van haar leven en lijden verlost. Dat ze op haar beurt een kind achterlaat zoals haar moeder haar indertijd afstond, krijgt een positief einde omdat deze moeder nu alsnog haar kleindochter opvangt en opvoedt.

Vanaf de proloog maakt Herman Hennep er geen geheim van dat hij zijn verhaal met een pedagogisch doel aan de lezer aanbiedt:

Ta mi deseo pa tanto hoben como adulto, ora lesa e buki aki, haya un tiki mas informacion con pa preveni, cu nan yiu, ora bin den contacto cu droga, no sa kico pa haci.

De drie door Hennep beschreven jongeren hebben maar weinig schoolse opvoeding genoten omdat ze de school alle drie vroegtijdig verlaten. Nu het Papiaments als vak ook in het voortgezet onderwijs van Aruba wordt gegeven, vraagt dat voldoende leesstof. Juist voor jongeren in die leeftijdsfase is er een groot gebrek aan Papiamentstalige boeken die hen aanspreken. Tres diferente ruta verdient een vaste plaats in de ciclo basico en epb, niet alleen omdat het zulke opvoedende kwaliteiten bezit, maar meer nog omdat de auteur er ook in zijn tweede jeugdboek in is geslaagd een afwisselende verhaalstructuur te scheppen en het pedagogisch bedoelde thema tot een goed leesbaar en interessant verhaal te componeren.

In 1995 publiceerde Elston A. Thomas in Teror di droga over zijn persoonlijke ervaringen met een drugsverleden.

 

manchi-hennep-ursula-239x300

Ursula, een migratieroman
Herman Hennep: Ursula (2011) werd oorspronkelijk in het Nederlands geschreven maar uiteindelijk in het Papiamento gepubliceerd. Dit verhaal is langer dan de vorige en bespreekt een volstrekt ander thema, namelijk de Duitse kant vóór, tijdens en ná de Tweede Wereldoorlog aan de hand van het vrouwelijke titelpersonage Ursula, haar Duitse ouders, haar dochter Frieda en haar zoon Dieter en verdere familieleden. In feite is Ursula een roman met migratie en inburgering als thema.
Ursula is aan het begin van het verhaal vijftien jaar en enigst kind van haar ouders die in Hannover wonen. Ze is verplicht lid van de Bund der Deutschen Mädel, een jeugdafdeling van de nationaal-socialistisch Hitlerjugend.

Bund Deutscher Mädel

Na een onbezorgde jeugd gaat ze werken op een boerderij en ‘assistent veeartsenijkunde’ studeren, waarna ze verplicht in de Arbeidsdienst wordt opgenomen. Het net van de nazi’s sluit zich meer en meer rondom haar. Dan komt de Kristalnacht in 1938 en breekt de oorlog uit. Als ze verplicht tewerkgesteld wordt in een fabriek ontmoet ze daar de Nederlander Joop. Ze verliezen elkaar uit het oog. Ursula wordt door een collega verkracht en krijgt in 1949 een baby Frieda. Pas in 1954 zoekt Joop zijn Ursula op. Hij accepteert Frieda en ze trouwen. In 1964 verhuist de familie naar Nederland, waar dan nog steeds een Anti-Duitse stemming heerst. Na de oorlog heerst er haat tegen alles wat Duits is, ook tegenover de ‘onschuldige’ Duitsers die gedwongen werden door de Nazi’s mee te werken aan het verderfelijke systeem. Discriminatie en taalproblemen maken Ursula eenzaam in Nederland. Dan lezen we nadere bijzonderheden over de wederwaardigheden van de familie. Joop raakt meer en meer aan de drank en sterft. Frieda ontmoet de Zuid-Amerikaan Mario. Ze trouwen en gaan uiteindelijk naar het geboorteland van Mario, maar ze komen geregeld naar Nederland. Dieter gaat in Duitsland wonen raakt evenals zijn vader Joop aan de drank en sterft.
Alle leden van de familie leven als het waren in of tussen twee werelden en twee culturen: Duitsland, Nederland, Zuid-Amerika en nergens wortelen ze helemaal, maar leren langzamerhand steeds meer en meer zich aan te passen aan de onvermijdelijke omstandigheden.

Isaac Chin
Toen Where is Choy? verscheen, verborg de auteur ervan zich nog achter het nietszeggend pseudoniem ‘Himself’. Die prudentie was onnodig want de persoonlijke herinneringen en de Lago-geschiedenis die in Where is Choy? aan de orde kwamen, waren het lezen door inhoud en stijl meer dan waard. Met het tweede boek, de verhalenbundel Tilly the White-Liver Woman (2006) heeft de auteur deze beginnersgêne van zich afgezet en publiceert hij onder de eigen naam Isaac Chin. Met deze verhalenbundel heeft de auteur zijn schrijverschap zonder meer bevestigd.

Chin Tilly white liver woman

Tilly is een afwisselende bundel verhalen geworden die opvalt door een grote verscheidenheid aan beschreven onderwerpen en een steeds weer adequate, ironiserende stijl met een heel eigen individuele taalcode.
De verhalen hebben een lengte die varieert van enkele bladzijden tot een dozijn pagina’s. Verhalen horen tot de kleine literaire vormen en de schrijver ervan zal zich moeten beperken. In kort bestek dienen een of meer personen te worden gekarakteriseerd, een situatie geschetst en een intrige in gang te worden gezet die onverbiddelijk naar de clou van een verrassend verhaaleinde moet leiden. Vanaf de eerste zin dient de verhalenverteller de lezer in de greep te hebben. Ik zal niet elk begin of einde van elk verhaal citeren, maar u kunt van me aannemen dat Chin zowel de opening als de afsluiting beheerst. Hij heeft zich ontpopt als een echte verhalenverteller die met zijn kunst jongleert. Dat blijkt de hele bundel door. Een verhalenbundel moet bovendien de lezer na afloop van een verhaal direct opnieuw beetpakken voor het volgende verhaal. Dat lukt alleen maar als de auteur voldoende afwisseling in zijn verhalen brengt. Ook die ritmiek beheerst de auteur, al hanteert hij wel een paar keer eenzelfde slot en maakt hij zich er een keer van af door het verhaal uiteindelijk als een droom te presenteren. Dat is zowel cliché als te gemakkelijk.
Soms zijn de verhalen kennelijk autobiografisch en kunnen ze op werkelijkheid getoetst worden aan de hand van de memoires in Where is Choy? Dat is met name in het laatste korte verhaal het geval. In andere voorbeelden laat de auteur de hoofdpersoon die heel vaak een ik-persoon is, iemand ontmoeten die hem een verhaal vertelt, waarmee hij zowel aansluit bij de orale traditie als bij de traditie om op deze wijze het waarheidsgehalte voor de lezer te versterken. De verhalen spelen zich af in Guyana, Trinidad en Aruba, alle drie landen waarmee de auteur een nauwe band heeft als land van geboorte, van jeugd en van werk. De verhalen gaan over vroeger en nu en behelzen vaak persoonlijke relaties als trouwe vriendschappen tussen mannen en man-vrouw-verhoudingen. Chin houdt er kennelijk van om ‘the battle of the sexes’ met relativerende humor te beschrijven.

Een derde groep verhalen zijn op detectives geïnspireerd en behelzen relazen over moord en doodslag. Deze thema’s worden gemengd beschouwingen over onderwijs, met persoonsverwisselingen, spookverhalen, het al dan niet gewonnen hebben van de hoofdprijs in de loterij en het nu van voldoende computerkennis: Bill Gates helpt je om de juiste hemel’gate’ van Petrus goed te kunnen passeren. Isaac Chin schrijft niet zwaarwichtig en heeft zelf kennelijk plezier in zijn vertellingen die hij met smaak opdist in een Engels dat hij baseert op verschillende varianten van Caribisch standaard naar lokaal eilandelijk in sommige dialogen.

 

Ruben Odor

Ruben Odor

Ruben Odor: Mi bida y aids
Ruben Odor publiceerde in 1987 de dichtbundel Luz y sombra bij Charuba. In 1993 gaf de Women’s Club di Aruba de bundel Mi bida y aids uit. Ruben Odor schreef toen nog onder het pseudoniem ‘Ego sum’ [ik ben], maar hij zou in een vermeerderde vervolguitgave en de Engelse vertaling My Life with Aids (1994) zijn eigen naam gebruiken.
Op ongeveer tweederde deel van de bundel schrijft de dichter ‘mijn hart is een opgerichte antenne naar alle golven der gevoeligheid’. Als Ruben Odor eind 1991 hoort dat hij door het HIV-virus besmet is, schrijft hij aanvankelijk in een dagelijkse stortvloed van gedichten beurtelings zijn wanhoop en hoop op de ontdekking van nieuwe geneesmiddelen, zijn verzet, zijn kracht, vechtlust en acceptatie, zijn innerlijke strijd en de schuldvraag van zich af in een aantal gedichten die alle sterk op zijn nieuwe levenssituatie betrokken zijn. Uit de datering valt af te leiden dat de drang om zich door middel van gedichten te uiten bij vlagen komt. Sommige gedichten zijn als gebeden, andere overwegen zelfs een einde aan het leven te maken. Enkele keren overweegt de ‘ik’ zijn handen maar af te hakken of zodanig te branden dat hij niet meer schrijven kan. Angst voor en verlangen naar de dood strijden in sommige verzen om de voorrang. De zieke is eenzaam en roept om contact. Maar schrijven is toch niet zinloos. Alleen zijn gedichten zullen er later nog over zijn als een levend teken!
Een steeds terugkomende vraag is het waarom van het schrijven. Deze gedichten hebben een dubbelfunctie, want ze bevatten troost voor de dichter zèlf en een waarschuwing voor de lezer.
De gedichten laten zich lezen alsof ze in een schrijfroes in één keer zijn opgeschreven, zonder franje en daardoor zeer indringend. Het is moeilijk om te schrijven dat iemand in een leven-en-doodsituatie mooie gedichten heeft gemaakt – maar zo is het wel.

Roland W. Peterson: verzamelde gedichten van verstilde eenvoud
Roland W. Peterson was tot zijn pensionering in 2001 in diverse functies werkzaam bij het Korps Politie op Aruba. Hij schreef in zijn vrije tijd korte verhalen voor kinderen. Daarnaast publiceerde hij al jarenlang gedichten en persoonlijke overpeinzingen in lokale Arubaanse bladen. Een collectie daarvan werd in 2005 en 2013 gebundeld onder de titel Silent Emotions.

Poëzie is persoonlijke expressie én communicatie met luisteraars en lezers, ze is emotie en idee, ze kan luidruchtig zijn en verstild in zichzelf gekeerd. Silent Emotions (2013) van Roland W. Peterson verwoordt persoonlijke emoties en gedachten in een onnadrukkelijke toon, alsof de teksten niet voor een krantenpubliek bestemd waren maar slechts papieren verwoording van een innerlijk gesprek, of beter gezegd: een gesprek met het eigen innerlijk. Zo is deze tweede bundel gedichten en beschouwingen een voortzetting van de al veel eerder verschenen bundel die eveneens – wat verwarrend – als titel Silent Emotions meekreeg.
Roland W. Peterson opende in 2005 zijn eerste bundel Silent Emotions met een voorwoord als een statement over aard en functie van zijn gedichten:

I have come to accept that my
thoughts are free and have no
classification. They come and go,
randomly, as I reminisce, when
I hear something, when I see or do
something. It is then that my silent
moments are so filled with meaning
and melancholy that I feel the need
to write them down.

Dat is ook exact inhoud en vorm van de tweede bundel. De gedachte dat je als schrijver en dichter alleen effect bereikt met stemverheffing en weidse armgebaren of met grote woorden op papier, staat verre van deze auteur, die in een door hem in zijn teksten geschapen klimaat van verstilling juist meer aandacht en indruk wekt. Peterson’s gedichten zijn pretentieloos maar zeker niet inhoudsloos in hun meestentijds milde maatschappelijke kritiek en persoonlijke ontboezemingen van een redelijk denkende en voelende persoonlijkheid.
Sommige gedichten zijn deels metrisch, met over de versregels verspreid onregelmatig rijm, van tijd tot tijd vinden we bijdragen in de vorm van lyrisch proza, maar altijd heerst de vrijheid van de dichter voor wie inhoud belangrijker lijkt dan een doorwrochte vormvastheid.
Het zijn kleine alledaagsheden die op papier betekenisvol worden, persoonlijke ervaringen uit het verleden vanuit zijn werk als politieman en zijn sociale verantwoordelijkheid, over de actualiteit rond maatschappelijke outcasts zoals chollers en prostituees. Gedichten worden gewijd aan maatschappelijke organisaties zoals het Rode Kruis, het Kankerfonds en hun activiteiten. Daarnaast lezen we milde kritiek op sociaal-economische aspecten van het eiland, over politiek, maar vooral ook over de natuur, het Arubaanse landschap met zijn flora en fauna, de (trek)vogels, de shoco en de boa-plaag, de aantasting van de natuur en het belang van natuurbescherming. De onderwerpen zijn steeds weer onderwerpen van de dag, over schipbreuk, ziekte, over een hulpbehoevend oud vrouwtje, dan weer heel persoonlijk over de familie, over de kleinkinderen, over geluk en verlies, liefde, vreugde en rouw, jeugd en ouderdom, sociabiliteit en eenzaamheid, bloei en vergankelijkheid en bepaalde feestdagen als de viering van het kerstfeest of de herkomst van het Sinterklaasfeest.
Een terugkerend onderwerp is de aandacht die de auteur vraagt voor zijn geliefde San Nicolas, met zijn Santa Teresita kerk en zijn watertoren, maar ook de waarde van een oude majestueuze boom. Zo wordt Roland Peterson de lokale dichter van San Nicolas. De bundel bevat voor het merendeel Engelstalig werk met aan het einde een aantal gedichten in het Papiaments. De boekverzorging van Silent Emotions was in handen van Irene Peterson die ook illustraties bijdroeg in de vorm van foto’s en tekeningen. Na het eenvoudige eerste deel van Silent Emotions kreeg de tweede uitgave daarmee een luxe uitstraling. In plaats van een aantal gefragmenteerde citaten geef ik één gedicht compleet weer om een indruk te geven van de poëtische kracht die uit ambachtelijke eenvoud voortkomt:

The little candle light in my heart.

There is a little
candle light
that I kindle
in my heart
It’s always with me
and nothing
do us part

But today I am

going to give it
to you
So that you can
keep it
with you

So that you
can always light

your way
and never
be afraid
of the dark
anymore

Some day
you will share
it with another
you love
so that they
can continue
to pass it on
so that the
whole world
will be in light

So kindle
that little light
in your heart
Never ever
let it go out

 

[wordt vervolgd, deel 27 klik hier]

1 Trackback/Ping

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter