blog | werkgroep caraïbische letteren

Balans: Arubaans letterkundig leven (14)

door Wim Rutgers

Deel II

04 1986 – 2015
Het veelstromenland van de moderne literatuur

04.0 Positiebepaling
Net voor het ingaan van de status aparte per 1 januari 1986 sloot de Lago raffinaderij na zestig jaar definitief haar poorten. Het betekende een abrupte crisis van ongekende omvang, waarbij de bevolking op financieel economisch terrein via het inleveren van salaris en door middel van een solidariteitsbelasting net met het ingaan van de status aparte voor reusachtige problemen stond, zoals decennia eerder de autonomie ook al vergezeld was gegaan van problemen rond de lay off in de raffinaderij, waar door automatisering talrijke arbeiders waren ontslagen.

Maar omdat dit vooral buitenlandse werknemers gold was het effect op de inwoners minder scherp. Deze keer leidde het wel tot een enorme migratie van de bevolking, zodat het eiland in die tijd nog maar een vijfenvijftig duizend inwoners telde. De blijvers stonden voor grote problemen, maar ze toonden enorme veerkracht. De economische crisis had daarom geen morele crisis tot gevolg. Onder een nieuwe regering richtte het eiland zich zonder raffinaderij helemaal op het toerisme dat zich enorm uitbreidde met tal van nieuwe hotels en records in bezoekersaantallen via het cruisetoerisme en de stay over-gasten in de nieuwe hotels. Cultureel betekende de nieuwe status van het eiland een nieuw elan dat zich uitte in algemeen culturele activiteiten, de beeldende kunst en ook meer specifiek in de literaire productie.

In het Nederlandse dagblad Trouw constateerde B. Jos de Roo dat er op Aruba rond de ingangsdatum van de status aparte per 1 januari 1986 een ‘vitaal cultureel nationalisme’ heerste wat zich onder meer uitte in publicitaire activiteiten op literair gebied:

Ik geloof dat het culturele nationalisme op Aruba uiteindelijk een sterkere kracht is dan het politieke. De kunstenaars richten zich op de eigen omgeving en zijn voor hun inspiratie niet meer afhankelijk van gebeurtenissen buiten het eiland. Bij de politici vraag ik me wel eens af, of er wel ooit een politiek nationalisme ontstaan zou zijn, als Curaçao er niet geweest was. Terwijl de politici zich laten inspireren door de fouten die Curaçao maakt, richten de kunstenaars hun aandacht op de wantoestanden op Aruba zelf. Ze lichten hun eigen maatschappij kritisch door. De nieuwe uitgeverij Charuba wil zelfs voornamelijk werk uitgeven, dat de Arubaanse jeugd kritisch tegen de eigen maatschappij leert aankijken. (Trouw 12 VII 84)

 

Cosecha arubiano 001

De in september 1982 geopende nieuwe bibliotheek aan de George Madurostraat verzorgde tal van activiteiten in de jaarlijks gehouden ’luna cultural’ in september, op initiatief van CCA-voorzitter Jan Beaujon verscheen de bloemlezing Cosecha Arubiano, uitgeverij Charuba legde zich op de productie van kinder- en jeugdboeken toe.
Het toneelleven mocht dan misschien wat minder vitaal lijken, de beeldende kunst vernieuwde zich en de kunstenaars trokken veel belangstelling aan van een geïnteresseerd publiek. Ook dans en muziek kenden een tijd van bloei.

Op het sinds 2003 officieel tweetalige (Nederlands – Papiamento) Aruba wees de CBS-censo van 2010 uit dat van de 101.484 inwoners, uit 133 landen en met 96 nationaliteiten thuis 68% Papiamento spreekt, 14% Spaans, 7% Engels en 6% Nederlands. Wel moeten we hierbij onderscheid maken tussen thuistalen en taalgebruik in de werksituatie. Dan zal naast het Papiamento het Engels en Spaans een heel hoge score geven, maar exacte cijfers daarvan zijn niet bekend.

Het deel over de moderne literatuur opent met een overzicht van productiecijfers en hun karakteristieken, gevolgd door twee voor de literatuurgeschiedenis van dit tijdvak belangrijke instituties als de Biblioteca Nacional Aruba en de Editorial Charuba.
Daarna komen achtereenvolgens onderwerpen aan de orde als het nationalisme rond 1986, de mémoire cultuur, de drie genres poëzie, proza en toneel, gevolgd door verschillende onderwerpen als sociale betrokkenheid van de auteurs, multilingualiteit en het samengaan van beeldende kunst en literatuur, waarna wordt afgesloten met aandacht voor de jongste generatie auteurs en migratie naar Nederland. Deze hoofdstukken worden steeds afgewisseld met portretten van de belangrijkste individuele auteurs en hun werk.

04.0.1 Literaire productie en anthologieën
Drie jaar voor het ingaan van de status aparte op 1 januari 1986, verscheen de eerste Arubaanse literaire bloemlezing Cosecha Arubiano waarin de balans werd opgemaakt van de lokale literatuur tot dan toe. Er werd een keuze van zesendertig auteurs in opgenomen. Sinds het ingaan van de status aparte zijn er heel wat auteurs bijgekomen. Ik beperk me in het vervolg tot de productie van afzonderlijke zelfstandig gepubliceerde werken voor volwassen lezers uit de tijd sinds 1986.

 

INVITACIONZHENRYZHABIBEZ-Z260315
Wanneer we de genres in ogenschouw nemen zien we dat over deze gehele periode de poëzie het proza domineert in een verhouding van 2 : 1, maar dat sinds de laatste tien jaar toch duidelijk wordt dat het proza getalsmatig een wat sterkere positie gaat innemen en op weg lijkt naar een evenredige verhouding tussen deze twee genres.
Wat de talen betreft domineert het Papiamento sterk, met het Nederlands en Engels als tweede en derde taal op grote afstand. Deze literaire taalverhouding van Papiamento en Engels komt evenwel nagenoeg overeen met de CBS-cijfers over de gesproken thuistalen op het eiland, maar het literaire Nederlands neemt een enigszins sterkere positie in dan het Nederlands van alle dag. Het literaire Spaans blijft intussen ver achter bij deze taaldistributie.
Het valt op dat het overgrote deel van de werken met ongeveer tachtig procent op Aruba zelf gepubliceerd wordt, twintig procent in Nederland of – nog wel uitzonderlijk maar toch steeds meer en meer – in een land waar het drukken goedkoop is, zoals in Colombia of elders. Het grote merendeel van de werken wordt nog steeds in eigen beheer gepubliceerd, al hebben Charuba en met name Unoca de laatste jaren ook enig aandeel in de publicaties opgeëist.
Een rekensommetje leert dat de gemiddelde productie van de auteurs niet meer dan enkele uitgaven bedraagt. Het lijkt met deze gegevens nauwelijks mogelijk van auteurs als oeuvre bouwers te spreken. Quito Nicolaas als meest productieve auteur heeft een tiental uitgaven op zijn naam staan. Tot de meest productieve auteurs horen Quito Nicolaas, Jossy Tromp, Denis Henriquez, Jacques Thönissen, Sherwin Jacobs, Philomena Wong, Frank Williams, Giselle Ecury, Ruben Odor, Yolanda Croes en Frida Domacassé. Een opvallend verschijnsel is de relatief hoge leeftijd van de auteurs. Onder deze auteurs zijn nauwelijks jongeren die pas beginnen te schrijven – uitzondering zijn de jonge auteurs Christie Mettes, Rosabelle Illes en Reginald de Palm.
Wat gender betreft zijn over de hele periode genomen de mannelijke auteurs net in de meerderheid ten opzichte van de vrouwelijke auteurs, maar sinds de eeuwwisseling is het aantal vrouwelijke en mannelijke auteurs exact gelijk: beide zestien auteurs.

 

Rosabelle Illes

Rosabelle Illes

Aan de vooravond van de status aparte waren van de 36 in Cosecha Arubiano opgenomen auteurs tien buiten Aruba geboren en dus uit het buitenland afkomstig. Dat was dus ruim vijfentwintig procent, met namen als José Ramón Vicioso, Eduardo Curet, Hubert Booi, Nicolas Piña Lampe, Luis G. Leañez, Ana Herrera-de Kock, Digna Laclé, Ernesto Rosenstand, Ramon Todd Dandaré en Alida R.M. Soto. Daarnaast waren er vier definitief geëmigreerden in die bloemlezing, auteurs die zich permanent buiten het eiland gevestigd hadden. Inmiddels is dat aantal emigranten veel groter geworden: Brunilda Vizoso, Nydia Ecury, Federico Oduber, Robert Henriquez, Olga Orman, Clyde Lo-A-Njoe, Ken Mangroelal, Quito Nicolaas, Angela Matthews, Archie de Veer en Denis Henriquez. Ruim de helft werd op Aruba geboren en koos voor het geboorte-eiland als uiteindelijke vaste woonplaats.
Wanneer we deze gegevens vergelijken met die van na 1986 zien we dat van de auteurs die publiceerden ongeveer twintig procent buiten Aruba – in Nederland – woont: Frida Domacassé, Giselle Ecury, Henry Habibe, Dax Hassel, Rosabelle Illes, Denis Henriquez, Joan Leslie, Quito Nicolaas, Olga Orman, Richard de Veer. Tico Croes woont en werkt in de V.S. Deze migranten hebben ervoor gezorgd dat de Arubaanse literatuur zich inmiddels ook in Nederland genesteld heeft – wat nog versterkt wordt door een actieve literair culturele stichting als Simia Literario.
Uit de migratiecijfers valt anderzijds eveneens op te maken dat er sinds 1986 geen immigranten een vaste plaats in het Arubaanse literaire leven hebben weten te veroveren – dit in scherpe tegenstelling tot de tijd vóór 1986. Als ik dan toch nog wat namen zou willen noemen zouden dat oud-komers als Koos van Lis, Isaäc Chin zijn en René van Nie, maar geen nieuwkomers uit Latijns-Amerika of het Caribisch gebied die nu op het eiland in het Spaans of Engels zijn gaan publiceren.
De enige op Aruba wonende auteur die in Nederland publiceerde bij een Nederlandse uitgeverij was de in het Nederlands schrijvende Jacques Thönissen die bij Conserve en In de Knipscheer publiceerde. De in Nederland wonende auteurs publiceerden bij Conserve of In de Knipscheer; het is hen nog niet gelukt tot de mainstream uitgevers door te dringen.

Sinds de eeuwwende zijn er een aantal anthologieën verschenen over de Nederlands Caribische (ei)landen – Nederlands Caribisch in dubbele betekenis: dank zij de taal zoals in Suriname of dankzij de politieke constellatie van het Koninkrijk op de zes eilanden.
Het is hier wel interessant de verschillende eilanden met elkaar te vergelijken, omdat het een heldere blik op taalverschillen werpt.

………………………………..Suriname Aruba Bonaire Curaçao St.Maarten
Papiaments                                         26        5              19
Nederlands                         39            14         1             27              1
Engels                                                    1                          1            23
Spaans

In dit overzicht worden de verschillende gebieden met elkaar vergeleken. Uit de getallen blijkt dat er grote verschillen bestaan tussen de verschillende landen. Zo is Sint-Maarten Engelstalig, Suriname Nederlandstalig, ook literair. Terwijl Sint Maarten veel namen oplevert, blijft Bonaire sterk achter. Het moet worden opgemerkt dat het hier om bloemlezingen gaat, die slechts een beperkte blik op het totaal kunnen werpen. In hoeverre geven deze anthologieën een actuele stand van zaken weer, te meer omdat het wel heel ongelijksoortige bloemlezingen betreft naar de omvang van enkele tientallen tot honderden pagina’s, naar de samenstellers, het doel en publiek waar rekening mee gehouden is bij de samenstelling. De ene bloemlezing richt zich op historische teksten, een andere specifiek op recente debuten of is het resultaat van schrijversworkshops. De ene richt zich op lokale auteurs, een andere mikt op een breed spectrum van auteurs uit Suriname, de Antillen en in Nederland wonende auteurs. De ene meldt werk dat lokaal gepubliceerd is door Charuba, Unoca of Instituto di Cultura, een ander op in Nederland verschenen werk bij bekende uitgeverijen als Contact, Meulenhoff en In de Knipscheer of bij de Stichting Simia Literario door Arubaanse en Antilliaanse migranten. Ten gevolge daarvan is de ene anthologie gericht op de lokale markt en verspreiding en een andere op een breder, in de eerste plaats Nederlands publiek. Tenslotte richt de ene zich exclusief op het Papiaments een andere op het Nederlands, waarbij Papiamentstalige teksten vertaald worden naar het Nederlands. Een één op één vergelijking is daarom problematisch.

Quito Gustav

Quito Nicolaas (rechts)

Het mag dan niet veel zijn wat er na de status aparte gepubliceerd werd, het is in elk geval iets, zoals deze getalsmatige analyse aantoont. Er zouden ook andere analyses kunnen plaatsvinden, zoals vanuit een inhoudelijk thematische vraagstelling. Die zou een antwoord moeten geven op de vraag in hoeverre de literatuur van Aruba na 1986 met al haar sociaal politiek en economisch wel en wee, vanuit haar specifieke positie als literatuur in staat geweest is de ontwikkelingen kritisch te begeleiden.

 

[wordt vervolgd, klik hier voor deel 15]

1 Trackback/Ping

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter