blog | werkgroep caraïbische letteren
2
 

3 redenen waarom de IMF lening van Suriname een deal met de duivel is

door Raisa Ghazi

Als één van de weinige landen in de wereld, was Suriname tot voor kort een staat die zich nog niet had ingelaten met de regels en wetten van instituties zoals de Wereldbank (WB) of het Internationaal Monetaire Fonds (IMF).

 

Waar vier van de vijf landen (ontwikkelings- en ontwikkelde landen) al hun hand hebben opgehouden bij deze organisaties, wist Suriname daar tot dit jaar ver van weg te blijven. Suriname had als grote donor Nederland achter de hand totdat Nederland daar in 2012 een eind aan heeft gemaakt. Nederland adviseert echter al jarenlang, dat Suriname zich moet in laten met het IMF, omdat de ontwikkelingsrelatie tussen Nederland en Suriname niet altijd soepel is verlopen. Er zijn verschillende rapporten geschreven, waarin de belaste ontwikkelingsrelatie tussen Suriname en Nederland wordt besproken. In een analyse van de ontwikkelingsrelatie, geschreven door Van Dijck & Oostindie (2004), komen ook deze Suriname experts tot de conclusie dat er een derde partij nodig is om Suriname te kunnen helpen. De Surinaamse politiek is het heel lang niet eens geweest met de bevindingen die in deze soort rapporten staan beschreven. Tot een erkend onderzoek, door zowel Nederland als Suriname, is het daarom ook niet gekomen. Maar waarom is het eigenlijk niet zo vreemd dat Suriname zich altijd negatief heeft opgesteld tegen een samenwerking met een instituut zoals het IMF?

In de kritische stromingen van internationale betrekkingen is één van de grote kritiekpunten op het IMF en de Wereldbank, dat zij een Westers (liberaal) economisch model proberen te verspreiden. Dit model is vaak voordelig voor landen met een goed werkende vrije markt, zoals in het Westen vaak ook het geval is. De leningen die verstrekt worden zijn dus ontwikkeld om de zogeheten ‘Washington Consensus’ te verspreiden. De Washington Consensus ondersteunt het idee dat een land beter af is door te liberaliseren: de grenzen open te gooien voor het buitenland, overheidsbedrijven af te stoten naar de vrije markt, en het dus over het algemeen gemakkelijker te maken voor buitenlandse bedrijven om zaken te doen in het land dat steun zoekt. Voor ontwikkelingslanden is dit dus vaak slecht nieuws, omdat de onervaren lokale bedrijven kennis missen, en niet kunnen inspelen op de vrije werking van de markt, waardoor zij geneigd zijn om buitenlandse bedrijven de leiding laten nemen. Je kunt je dus voorstellen dat dit ook slechte invloed heeft op de economische positie van een land aangezien er valuta wegvloeien naar het buitenland, waardoor de munt devalueert. Verder is het ook niet ongewoon voor deze soort internationale bedrijven om ervaren medewerkers vanuit het buitenland naar het ontwikkelingsland te halen, zodat zij dan niet hoeven te investeren in het onderwijs van de werkbevolking ter plaatse. De effecten van een lening van het IMF op de economische positie van een ontwikkelingsland zijn daarom helaas ook niet altijd positief.

eldorado

Eldorado

Maar hoe kan het eigenlijk dat deze instituties zich als objectief kunnen presenteren maar vervolgens alleen voorwaarden opstellen die de Washington Consensus aanhangen? Het IMF staat er om bekend om de Washington Consensus te integreren in de institutie zelf onder andere door middel van een bottom-up approach. Ondanks het feit dat het IMF en de WB in feite als objectieve organisatie horen te fungeren, zijn er verschillende onderzoeken die aantonen dat dit niet het geval is. Als een onderzoeker of econoom zich positief opstelt tegenover ideeën van de Washington Consensus, door middel van de onderzoeken en artikelen die zij schrijven, dan is de kans dat zij worden aangenomen door één van deze organisaties groter. Dit heet de bottom up approach: het laagste level medewerkers van het IMF en de WB moeten bereid zijn om voorwaarden te ontwikkelen gebaseerd op de Washington Consensus. Een medewerker die zich kritisch opstelt tegenover de liberalisering van een land maakt vaker kans om zijn baan te verliezen en heeft ook minder kans op het doorgroeien binnen de organisatie.

Zoals eerder genoemd gaan de kredieten die door deze instanties worden verstrekt veelal samen met een aantal voorwaarden, waar een land zich aan behoort te houden. Veel van deze voorwaarden (condities) moeten worden ingevoerd voordat er geld wordt uitgekeerd. Voor de WB en het IMF is het belangrijk dat een land zich aan deze voorwaarden houdt, daarom keren zij het geld vaak in fases uit zodat zij in een vroeg stadium een gebrek aan compliance kunnen signaleren. Op deze manier kan het IMF ervoor zorgen dat een land niet zomaar een lening aanneemt en zich niet aan de voorwaarden houdt. Op deze manier is er ook een grotere greep op het land dat de lening ontvangt. En vaak zijn zij geneigd om de voorwaarden, die dus ongunstig kunnen zijn voor de economie van het land, in te voeren. Dit komt omdat de partij die de lening ontvangt, de voorwaarden die geaccepteerd zijn overdraagt aan de regering er na. In het geval van een zwaar ongunstige economische situatie, is het dus niet ongebruikelijk voor een regerende partij om toch verder te gaan met de invoering van voorwaarden, omdat de terugbetaling waarschijnlijk niet voor hun rekening komt. Dit fenomeen staat bekend als moral hazard.

 

surinaams geld

Het vroegere Surinaamse geld

Al met al is de situatie rond de lening van het IMF niet altijd gunstig voor een land zoals Suriname. De schulden zullen waarschijnlijk niet worden voldaan door de huidige leiders, maar voor rekening komen voor de toekomstige leiders. In het geval van Suriname, is het van belang om een passend economisch model te vinden en niet een one-size-fits-all model toe te passen, dat voornamelijk zijn succes heeft bewezen in het Westen. In Azië zijn er een aantal voorbeelden van landen waar een alternatief economisch model succesvol bleek te zijn. Dit soort modellen waren aangepast aan de belangrijke eigenschappen van een land: de aanwezige grondstoffen, de politieke structuur, en ook de karakteristieken van de bevolking. Wat een dergelijk model voor Suriname is, is denk ik een interessant onderwerp om verder te onderzoeken. Indien wij een economisch model kunnen vinden dat op kennis en ervaringen van gelijksoortige landen is gebaseerd, dan is er een betrouwbare kans op een comeback van de Surinaamse economie.

[van www.dnieuws.com, 8 oktober 2016]

2 comments to “3 redenen waarom de IMF lening van Suriname een deal met de duivel is”

  • ik vind dit buitengewoon interssant om verder te bestuderen, zodat Suriname een juiste beslissing kan nemen.

  • Reactie verwijderd; familie- en voornaam is vereist om te kunnen reageren [webred.]

1 Trackback/Ping

Your comment please...

  • RSS
  • Facebook
  • Twitter